e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Montfort

Overzicht

Gevonden: 5966
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
dochter dochter: dochter (Montfort) dochter; (Hoe wordt de dochter door de ouders aangesproken, als zij niet bij zijn naam wordt genoemd?) [DC 05 (1937)] III-2-2
dode lijk: ein liek (Montfort), liek (Montfort, ... ) het dode lichaam van een mens [lijk, dode, kadaver] [N 87 (1981)] || het lijk [de liech] [N 96D (1989)] III-2-2
dode tak dorre tak: WLD  (dorrətàk) (Montfort), stek: WLD  stèk (Montfort) Een dode tak (stek). [N 82 (1981)] III-4-3
dodenhuisje dodenhuisje: doeajenhuuske (Montfort) Een mortuarium, dodenkapel in of bij de kerk. [N 96A (1989)] III-3-3
dodenwake dodenwacht: doeajewach (Montfort) de dodewake [doeëdewach] [N 96D (1989)] III-2-2
doedelzak doedelzak: doedelzak (Montfort, ... ) Het blaasinstrument dat bestaat uit een leren zak waarin de speler lucht blaast die hij dan door druk met de arm in een soort schalmei met toongaten blaast; andere schalmeien aan de zak blijven dezelfde toon geven [doedelzak, doerelzak, moemelzak]. [N 90 (1982)] III-3-2
doek doek: dook (Montfort) doek [SGV (1914)] III-1-3
doel goal (eng.): goal (Montfort), gool (Montfort) Het doel. [DC 49 (1974)] III-3-2
doel bij verstoppertje spelen add. betrekken: betreikke (Montfort) Het doel bij het verstoppertje spelen [buut]. [N 88 (1982)] III-3-2
doelloos friemelen duimen draaien: doemə drèjə (Montfort), friemelen: friemelen (Montfort) haffelen: Doelloos met de handen spelen (haffelen, krawietelen). [N 84 (1981)] III-1-2