e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L368p plaats=Neeroeteren

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
tocht, zuiging van lucht tocht: tocht (Neeroeteren) tocht, vrij sterke zuiging van de lucht door een beperkte ruimte heen [scheut, trek, zicht, jacht, trok] [N 81 (1980)] III-4-4
tochtig rits: rē̜ts (Neeroeteren), tochtig: tęxtex (Neeroeteren) Geslachtsdrift vertonend, gezegd van de koe. [N 3A, 29; N C, 4a; JG 1a, 1b; Gwn V, 3; monogr.; add. uit N 3A, 21; N 3A, 9b] || Geslachtsdrift vertonend, gezegd van het vrouwelijk schaap. [N 19, 70a; N C, 4b; JG 1a, 1b, 1c, 2c; monogr.] I-11, I-12
toegang tot akker ingat: īǝgāt (Neeroeteren), invaart: envārt (Neeroeteren) [N 11, 8] I-8
toegangsprijs entree (<fr.): de antré is eine frank (Neeroeteren), den antré is ijne frang (Neeroeteren), den antrée is eine frang (Neeroeteren), ingang: den ingang is eine frank (Neeroeteren), ingangsprijs: de ingangspries is eine frank (Neeroeteren), inkomprijs: den inkômprieës is ijne frang (Neeroeteren) De toegangsprijs is een frank. [ZND 36 (1941)] III-3-1
toilet achter: Inins stòng \'r op en zag: \"het is huug ti-jd det ich noa achter goan\  achter (Neeroeteren), huisje: Stinke wi-j einen hi-jskespöt  hi-jske (Neeroeteren), schijthuisje: een ordinairder woord voor w.c. Het heeft te maken met het apart gelegen gebouwtje met een deur waarin een hartvormige opening als verluchtingsmiddel diende  sji-jthi-jske (Neeroeteren) het w.c. || w.c || w.c. III-2-1
tollen ronddraaien: ronddrejen (Neeroeteren) Tollen: draaien als een tol (trijzelen, tollen, kokkerellen, (rond)draaien) [N 108 (2001)] III-1-2
tomaat tomaat: temat (Neeroeteren), tomat (Neeroeteren, ... ), təmatə (Neeroeteren) [ZND 34 (1940)]tomaat || tomaten (pl) [Goossens 1b (1960)] I-7
tonen laten zien: loaten zeen (Neeroeteren) Tonen, laten zien (laten zien, tonen, togen) [N 108 (2001)] III-1-1
tong tong: zien tong is aangelaaien (Neeroeteren), zien tong is belaaijen (Neeroeteren), zien tông is aangelaën (Neeroeteren) Zijn tong is aangeladen [ZND 32 (1939)] III-1-1
tortelduif roosduif: werd gehouden als middel tegen roos  ruusdûf (Neeroeteren), tortelduif: torteldoef (Neeroeteren, ... ) lachduif || tortelduif [ZND 08 (1925)] || Tortelduif. [ZND 08 (1925)] III-3-2, III-4-1