28760 |
fluweel, velours |
velours:
flūr (L368p Neeroeteren),
vlūr (L368p Neeroeteren)
|
Weefsel met een bovenkant met rechtopstaande garenuiteinden, ontstaan door een bijzondere afwerking. De binding bestaat uit een grondweefsel, in effen of keper, waartussen draden, die over grotere afstanden los liggen. Door deze door te snijden en op te borstelen ontstaat een pluche-achtig haardek: pool. Door zacht ruwen wordt het ø̄pluizenø̄ bevorderd, waarna de pool op een bepaalde lengte wordt afgeschoren (Bonthond s.v. ø̄fluweelø̄. [N 62, 78; N 62, 75f; 59, 201; MW; L 1a-m; L 23, 57a; S 9; monogr.]
II-7
|
18289 |
fluwelen broek |
velours (fr.) boks:
eine floeren boks (L368p Neeroeteren),
’n floere boks (L368p Neeroeteren)
|
een fluwelen broek [ZND 23 (1937)]
III-1-3
|
33755 |
fokmerrie |
meer:
mē̜.r (L368p Neeroeteren)
|
Een merrie geschikt voor de kweek of die één of meer veulens gehad heeft. Een kweekmeer werkt niet (Q 168), terwijl een veulensmeer ook in de kar loopt (Q 77). In tegenstelling tot een veulensmeer is een kweekmeer gewoonlijk drachtig. Kleinere boeren zorgen ervoor een veulensmeer te hebben, die jaarlijks een veulen werpt, waardoor elk jaar een aanspanner ter beschikking staat. [JG 1a, 1b; N 8, 50b]
I-9
|
34312 |
fokzeug |
zoog:
zū.x (L368p Neeroeteren),
zūi̯ǝ.x (L368p Neeroeteren)
|
Zeug die men houdt om biggen te winnen. [JG 1a, 1b; N M, 22 add.; monogr.]
I-12
|
21559 |
fooi |
fooi:
drinkgeld
foeij (L368p Neeroeteren),
fooi (L368p Neeroeteren),
foëi (L368p Neeroeteren),
gift om beloning, drinkgeld
fôêij (L368p Neeroeteren)
|
fooi [ZND 35 (1941)]
III-3-1
|
20143 |
fopspeen |
lots:
syn. tuter
lòts (L368p Neeroeteren)
|
fopspeen
III-2-2
|
21556 |
fortuin maken |
fortuin maken:
Heè zal fortien maken (L368p Neeroeteren),
Hè zal fertien make (L368p Neeroeteren),
Hè zal fortun maken (L368p Neeroeteren),
Hè zal nog fortun maken (L368p Neeroeteren)
|
Fortuin. [ZND 35 (1941)]
III-3-1
|
33528 |
framboos |
framboos:
framboez (L368p Neeroeteren),
hennenbeer:
hinnebiêre (L368p Neeroeteren)
|
framboos [ZND 34 (1940)]
I-7
|
18784 |
franje |
franjel:
fraajnels (L368p Neeroeteren),
fraanjele (L368p Neeroeteren)
|
bedsprei met franjes [ZND 23 (1937)] || franje [ZND 01 (1922)]
III-1-3
|
21555 |
frankrijk |
frankrijk:
Vè hébben in Frankriek gezèn (L368p Neeroeteren),
Weè hèbben in Frankriëk gezèten (L368p Neeroeteren),
Weè hèben in Frankriëk gezèten (L368p Neeroeteren),
Wè hèbbe in Frankriek gezète (L368p Neeroeteren),
Wê hebben in Vrankriek gezêten (L368p Neeroeteren)
|
Wij hebben in Frankrijk gezeten. [ZND 35 (1941)]
III-3-1
|