34204 |
tussenklauwontsteking |
slak:
sle.k (L312p Neerpelt)
|
Door het binnendringen van scherpe voorwerpen zoals spijkers, stenen of strohalmen tussen de klauwen van een koe kunnen kleine wondjes ontstaan. Door infectie kan een pijnlijke zwelling ontstaan, waardoor de klauwen van elkaar kunnen worden gewrongen. Tussenklauwontsteking is vaak een naziekte van mond- en klauwzeer. Zie ook het lemma ''tussenklauwontsteking'' in wbd I.3, blz. 482-483. [N 3A, 81; N 52, 10; A 48A, 14]
I-11
|
21618 |
twee centiem |
cent:
ps. omgespeld volgens Frings.
nə zēͅnt (L312p Neerpelt)
|
koperen munt van 2 centiem [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21626 |
twee frank |
dobbele frank:
ps. omgespeld volgens Frings. Het -tekentje heb ik letterlijk overgenomen.
nə ⁄dōbələ fraŋ (L312p Neerpelt)
|
2 franc, een ~ (van zilver) [N 21 (1963)]
III-3-1
|
32960 |
tweede grasoogst |
nawei:
nǭǝwē̜i̯ (L312p Neerpelt)
|
Het gras dat de koeien afgrazen als ze voor de tweede maal in de wei lopen. [N 14, 129b]
I-3
|
33263 |
tweede klaversnede |
tweede snede:
twędǝ snēi̯ (L312p Neerpelt)
|
Zoals het nagras meestal van betere kwaliteit is dan de eerste snede, zo is ook de tweede snede klaver een gezochte soort groenvoer. Vergelijk aflevering I.3, paragraaf 6: Nagras. Zie het lemma Klaver, Algemeen voor de fonetische documentatie van de woord(delen) klaver(-) en klee(-). [JG 1c, 2c; monogr.]
I-5
|
33122 |
tweede laag schoven van het dorsbed |
bovenste rij:
bǫvǝnstǝ re̜i̯ (L312p Neerpelt)
|
De specifieke benaming van de tweede laag schoven, bestaande uit twee rijen die met de koppen naar elkaar toe liggen, zoals die op de eerste rij van het vorige lemma wordt gelegd. Zeer vaak is de benaming van deze bovenste laag dezelfde als die van het bed als geheel; dan is die benaming hier niet herhaald; zie het lemma ''dorsbed, de laag schoven op de dorsvloer'' (6.1.16). In L 159a wordt nog aangetekend dat "de aren van de tweede laag veerden op de eerste rij, en door dit veren lieten de korrels beter los". Zie afbeelding 11, b. [N 14, 17c; monogr.]
I-4
|
23251 |
tweede luiden voor de mis |
luiden:
lujən (L312p Neerpelt)
|
Kleppen (de 2 maal luiden voor de H. mis). [ZND B2 (1940sq)]
III-3-3
|
21648 |
tweede verkoping |
tweede oproep:
ps. omgespeld volgens Frings. Het -tekentje heb ik letterlijk overgenomen.
dən ⁄twedən ⁄oprup (L312p Neerpelt)
|
de tweede verkoping i.v.m. een openbare verkoping van onroerende goederen, waarbij wordt afgemijnd [de toeslag?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
20427 |
tweeling |
tweeling:
tweleŋ (L312p Neerpelt)
|
tweeling [ZND B1 (1940sq)]
III-2-2
|
34234 |
tweespeen |
tweedeem:
twiǝdiǝm (L312p Neerpelt)
|
Koe die slechts uit twee spenen melk geeft. [N 3A, 66]
I-11
|