e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Nieuwstadt

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
krijsen keken: kèke (Nieuwstadt), kweken: kwèke (Nieuwstadt) een hard schreeuwend geluid maken, gezegd van vogels (kèken, krijsen) [N 83 (1981)] III-4-1
krimpen krimpen: krø̄mpǝ (Nieuwstadt  [(Maurits)]   [Maurits]) Gezegd van het dak, wanneer het afbrokkelt. [N 95, 490] II-5
krioelen wemelen: wemele (Nieuwstadt) Krioelen: zich in alle richtingen dooreen bewegen (event. met veel lawaai) (krioelen, broeliën, krielen, kriewelen, kriemelen, wriemelen, wriemelen, grimmelen, wemelen). [N 84 (1981)] III-1-2
kroep kroep: krop (Nieuwstadt), krōp (Nieuwstadt) Kroep: ontsteking van het strottehoofd en de luchtpijp die door afzettingen op het slijmvlies gevaar van verstikking met zich meebrengt (kroep, krop, pip). [N 84 (1981)] III-1-2
krollen katzenjammer (d.): katzejammer (Nieuwstadt) Hoe noemt u het geluid van een krolse vrouwelijke kat [N 83 (1981)] III-2-1
krom, met bochten krom: krōēmp (Nieuwstadt) afwijkend van een rechte lijn met een of meer bochten [krom, kromp, slom] [N 91 (1982)] III-4-4
kromme lat lat: lat (Nieuwstadt) Een gebogen lat die men gebruikt bij het tekenen en uitmeten van het patroon. Deze moet zo gebogen zijn dat daarlangs kanten van schoot en revers gemakkelijk getrokken worden. De lat is bij voorkeur gemaakt van een niet splinterende houtsoort (Gerritse, pag. 19). Zie afb. 4. [N 59, 3b] II-7
krommen, ombuigen krommen: krōmme (Nieuwstadt) Krommen: een kromme, gebogen vorm doen aannemen (krommen, buigen, draaien). [N 84 (1981)] III-1-2
kroonluchter kroonluchter: kroonluchter (Nieuwstadt) Een veelarmige lamp in de kerk, luchter, kroonluchter. [N 96A (1989)] III-3-3
kruiden, specerijen gekruiden: gekruujde (Nieuwstadt) De kruiden die bij de bereiding bij groente of vlees gevoegd worden om de smaak van het gerecht te verbeteren, in het algemeen (kruid, toekruid, specerij). [N 82 (1981)] III-2-3