e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Noorbeek

Overzicht

Gevonden: 3664
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gemeenteheide hei: héi (Noorbeek) de gemeenteheide [aard] [N 90 (1982)] III-3-1
gemeentesecretaris secretaris: secretaris (Noorbeek) het hoofd van de secretarie [administratie] van een gemeente [griffier, secretaris, sikkeltaris, sik] [N 90 (1982)] III-3-1
gemene vrouw kurij: kuurèj (Noorbeek) een vrouw met een slecht en gemeen karakter [venijn] [N 85 (1981)] III-1-4
gemoed gemoed: gemood (Noorbeek), (Eijsden!).  gemood (Noorbeek) het binnenste van de mens als zetel van zijn gevoel [moed, gemoed] [N 85 (1981)] III-1-4
genezen beter: bèter (Noorbeek), genezen: genèze (Noorbeek) Genezen: hersteld, beter (klaar). [N 84 (1981)] III-1-2
genoegen (doen) content: content (Noorbeek), kontènt (Noorbeek) tevredenheid, genoegen [trek, plezier, goesting, snoel] [N 85 (1981)] III-1-4
gereed af: (Eijsden!).  aof (Noorbeek), vaardig: veerdig (Noorbeek), veärdəch (Noorbeek), (Eijsden!).  vjeèrdig (Noorbeek) gereed, klaar [DC 03 (1934)] || klaar met een handeling die verricht moest worden, een handeling verricht hebbend [af, vaardig, klaar, teneinde, ree, verrig] [N 85 (1981)] || klaar: Als je - bent mag je gaan spelen [DC 35 (1963)] III-1-4
geren schuins trekken: šȳns trękǝ (Noorbeek) Stof schuin laten uitlopen of spits uitlopende stroken aanbrengen om het kledingstuk ruimer te maken. [N 59, 187; N 62, 11b; N 62, 11a; S 10] II-7
gering aantal, een paar paar: paar (Noorbeek) een gering aantal [paar] [N 91 (1982)] III-4-4
gerookt spek gerookt spek: gereuëkt sjpek (Noorbeek) spek dat gerookt is [DC 48 (1973)] III-2-3