e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L216p plaats=Oirlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vrijdagskost vrijdagskost: vrijdagskôst (Oirlo) Het vleesloze eten, een vleesloze maaltijd op een onthoudings-dag ("vrijdagskost"). [N 96D (1989)] III-3-3
vrijgezel oude viool: âlde fioeël (Oirlo), vrijgezel: vreejgezél (Oirlo), vrijgezel (Oirlo) oude vrijster || vrijgezel || vrijgezel; ongehuwde man [patriara, wicht, vrijgezel] [N 86 (1981)] III-2-2
vroedvrouw wijsvrouw: wiesvròw (Oirlo) vroedvrouw, baker III-2-2
vroegmis eerste mis: dörstə mis (Oirlo), vroegmis: vroegmis (Oirlo) De vroegmis [vreugmès, vreumes, vroemes?]. [N 96B (1989)] || vroegmis [RND] III-3-3
vrolijk blij: bliej zien (Oirlo) een opgeruimde, lichte, blijde stemming hebbend [vrolijk, herpsat, leutig] [N 85 (1981)] III-1-4
vrouw vrouw: vrou (Oirlo), vruu (Oirlo), weitte gej, wie dat vrouw was (Oirlo) vrouw [RND], [RND] || wie [weet je, ~ die vrouw was?] [SGV (1914)] III-3-1
vrouw, vrouwspersoon vrouw: vrouw (Oirlo), vrow (Oirlo), vrouwlie: vrow-lie(den)  vrollie (Oirlo), vrouwmens: vrowmeens (Oirlo), vrouwvolk: vrowvolk (Oirlo), wijf: wief (Oirlo), wijfje: wiēfke (Oirlo) vrouw || vrouw; (bestaat er een afzonderlijk woord voor vrouw in de beteekenis van echtgenoote?) [DC 05 (1937)] || vrouw; koosnaam || vrouwen || vrouwen (mv.) || vrouwspersoon III-2-2
vrouwelijk geslachtsdeel kut: Gemeen  kut (Oirlo), pruim: Schertsend  proem (Oirlo), spleet: spleet (Oirlo) [N 10c (1995)] III-1-1
vrouwelijk lam germ: germ (Oirlo), gē̜rm (Oirlo) [L 34, 34; L 20, 22c; A 4, 22c; A 2, 45; R 3, 36; N 70, 3; N 19, Q 111 add.; AGV m 3; monogr.] I-12
vrouwelijk schaap in het algemeen ou: ōu̯ (Oirlo) De benamingen voor "vrouwelijk schaap" beantwoorden vooral aan de drie woordtypen ooi/ooitje, germ/germpje en het algemene woord schaap. Ten aanzien van het woordtype germ kan men opmerken dat het woord in nogal wat plaatsen kan duiden op het vrouwelijk schaap dat nog niet gelamd heeft. [JG 1a, 1b, 1c, 2c; R 3, 35; A 4, 22b; AGV, m3; L 1a-m; L 5, 30a; L 29, 32; L 20, 22b; L B2, 318; monogr.; S 23, Q 113 add.] I-12