e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L216p plaats=Oirlo

Overzicht

Gevonden: 5227
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
borrelen (van water) borrelen: borrele (Oirlo), opborrelen: ôpborrele (Oirlo) bobbelend naar boven komen, gezegd van water [borrelen, wellen, walen, kwelmen] [N 81 (1980)] || door opstijgende damp- of gasbellen in beweging zijn, gezegd van vloeistoffen [bobbelen, borrelen, portelen, drijven] [N 91 (1982)] III-4-4
borrelglaasje borreltje: borreltje (Oirlo) jeneverglaasje met een voetje (borrel) [N 20 (zj)] III-2-1
borst borststuk: borststuk (Oirlo) Elk van de korte, zware balken door de askop, waaraan lange dunne balken met daaraan de hekwerken, bevestigd worden. Zie ook afb. 36 en 37. [N O, 1d; A 42A, 61; Sche 31] II-3
borstel borstel: baors(t)el (Oirlo), bors(t)el (Oirlo), kortere oa  boarsel (Oirlo), kwast: kwâst (Oirlo), wasser: wesser (Oirlo) borstel [SGV (1914)] || soort borstel om de gootsteen schoon te maken, bestaande uit een bijeen gebonden bosje berkentakjes III-2-1
borstelig haar pinhaar: pinhäör (Oirlo) borstelig haar (stekkerhaar, pinhoor] [N 10 (1961)] III-1-1
borsten memmen: memme (Oirlo), tieten: tiete (Oirlo) borsten van de vrouw [mamme, memme, tette, tiete] [N 10c (1995)] III-1-1
borstkas borst: boarst (Oirlo), bōrst (Oirlo) borst(kas) [SGV (1914)] || Borst(kas): het voorste deel van het menselijk lichaam tussen hals en middenrif (borst, borstkas, kluter). [N 84 (1981)] III-1-1
borstrok borstrok: borstrok (Oirlo), hemdrok: hemdrok (Oirlo) borstrok, onderkledingstuk dat over het hemd wordt gedragen [hemdrok, humperok, sjtoep, liefke, slaoplijf] [N 25 (1964)] || Borstrok. Is in uw dialect een algemeen woord bekend voor borstrok? Bedoeld wordt het warme kledingstuk dat over het hemd wordt gedragen? [DC 62 (1987)] III-1-3
borstrok (voor mannen) borstrok: borstrok (Oirlo) Mannenborstrok. [DC 62 (1987)] III-1-3
borstrok (voor vrouwen) borstrok: borstrok (Oirlo), hemdrok: hemdrok (Oirlo) borstrok voor vrouwen [N 25 (1964)] || Vrouwenborstrok. [DC 62 (1987)] III-1-3