id | Begrip | Trefwoord: dialectopgave (plaats) | Omschrijving |
---|---|---|---|
18141 | mismaakt | mismaakt: mismakt (Oirlo) | mismaakt [SGV (1914)] III-1-2 |
24544 | mispel | mispel: maespel (Oirlo) | mispelaar, vrucht III-4-3 |
23532 | missaal | misboek: misboek (Oirlo), missaal: missaal (Oirlo) | Een kerkboek waarin de misgebeden zijn opgenomen [misboek, mèsbook, mèssebook, missaal?]. [N 96B (1989)] III-3-3 |
23685 | missie | missie (<fr.): missie (Oirlo) | Een meerdaagse reeks preken, gebedsoefeningen e.d. die eens in de 10 jaar in de parochie werd gehouden ter heropwekking en verdieping van het geloof en ter bekering van zondaars [missie, volksmissie?]. [N 96B (1989)] III-3-3 |
23394 | missiekruis | missiekruis: missiekruus (Oirlo) | Een groot kruisbeeld ter herinnering aan een in de parochie gepreekte missie [missiekruis?]. [N 96B (1989)] III-3-3 |
25166 | mist, nevel (alg.) | mist: Note: begrip: hetw./hijw. stofnaam (hetw. = hetwoord - zelfst. nw. te vervangen door het pers. vnw. "het"/ hijw. = hijwoord - zelfst. nw. te vervangen door het pers. vnw. "hij"). mist (Oirlo), moek: d’r hengst enne flinke moek! (Oirlo), ’t is moek! (Oirlo), (dit is een synoniem voor mist). Note: begrip: hijw. stofnaam (hijw. = hijwoord - zelfst. nw. te vervangen door het pers. vnw. "hij"). moek (Oirlo), mot: (dit is een variant van moek). Note: begrip: hijw. stofnaam (hijw. = hijwoord - zelfst. nw. te vervangen door het pers. vnw. "hij"). mot (Oirlo) | mist [domp, mok, moek] [N 22 (1963)] || mist, nevel III-4-4 |
25167 | misten, nevelig zijn | moeken: moeke (Oirlo) | misten III-4-4 |
23678 | misweek | misweek: miswaek (Oirlo) | Een misweek. [N 96B (1989)] III-3-3 |
23553 | miswijn | miswijn: korte ie miswien (Oirlo) | De miswijn [mèswien?]. [N 96B (1989)] III-3-3 |
24929 | modder, slijk | drab: drap (Oirlo), modder: modder (Oirlo) | modder, mengsel van aarde, vuil, allerlei organische stoffen met water [plamei, debber, pladedder, moor, dedder, plamoes, moes, kwet, drabbik, dwal] [N 81 (1980)] III-4-4 |