18006 |
duizelig |
dol:
dol (Q010p Opgrimbie),
døl (Q010p Opgrimbie)
|
duizelig [ZND 01 (1922)] || hoe is of wordt iemand die lang heeft rondgedraaid (met een zinnetje antwoorden) ? [ZND 23 (1937)]
III-1-2
|
19310 |
durven |
dorren:
dorə (Q010p Opgrimbie),
dø:rə (Q010p Opgrimbie)
|
durven [ZND 01 (1922)], [ZND 25 (1937)]
III-1-4
|
21418 |
duur |
duur:
d"r (Q010p Opgrimbie, ...
Q010p Opgrimbie)
|
duur (hoge kostprijs) [ZND 24 (1937)]
III-3-1
|
17895 |
duwen |
duwen:
do:jə (Q010p Opgrimbie)
|
duwen [ZND 01 (1922)]
III-1-2
|
23229 |
dwaallicht |
vuurmannetje:
vy(3)̄rmenəkə (Q010p Opgrimbie)
|
Dwaallicht (vlammetje boven een moeras, Fr. feu follet). [ZND 05 (1924)]
III-3-3
|
19330 |
dwarsdrijven |
vregelen:
+/-
vreͅigele (Q010p Opgrimbie)
|
dwarsdrijven [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
19345 |
dwarsdrijver |
vregelaar:
vreͅigəlēͅ:r (Q010p Opgrimbie)
|
dwarsdrijver [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
18802 |
dwaze streek |
gekke streken:
dat zen gekəstrēk (Q010p Opgrimbie),
kinderstreken:
dat zen keŋərstrēk (Q010p Opgrimbie)
|
Dat is een kinderstreek, dat zijn zotte streken. [ZND 07 (1924)]
III-1-4
|
33297 |
echte koekoeksbloem |
koekoek:
kukuk (Q010p Opgrimbie)
|
Lychnis flos-cuculi L. Een algemeen voorkomende plant in graslanden met rechtopstaande stengel en roze-rode bloemen met gespleten kroonbladeren. De plant bloeit van mei tot september en komt ook wel gekweekt voor. De hoogte varieert van 30 tot 90 cm. [A 17, 2; A 49B, 2; monogr.]
I-5
|
20391 |
echtgenote |
vrouw:
de -
vrów (Q010p Opgrimbie)
|
vrouw (echtgenote) [ZND 11 (1925)]
III-2-2
|