e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Paal

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
klepel hamel: de hamel van e klok (Paal), klepel: de klepel van de klok (Paal), slinger: de slinger van de klok (Paal) De klepel van de klok. [ZND 28 (1938)] III-3-3
kleppers kleppers: klepper (Paal) Elk van de twee houtjes die de kinderen tussen de vingers snel tegen elkaar slaan om een klepperend geluid te maken [klepper, klapper, kap, klakker]. [N 88 (1982)] III-3-2
kletsen babbelen: Van Dale: babbelen, 1. veel praten over dingen van weinig belang, uit lust tot praten; (schoolt.) met elkaar praten van leerlingen onder de les; -2. praatjes verkopen, kwaadspreken; -3. keuvelen, gezellig praten; -4. (gew.) uit de school klappen; -5. (in litt. t.) een geluid maken dat aan babbelen doet denken.  babələ (Paal) praten, kouten [ZND B1 (1940sq)] III-3-1
kletsen [onnozele praat vertellen] liegen: hij liegt (Paal), zever vertellen: hé vertelt zieëver (Paal) Hoe zegt ge "hij vertelt onnoozelen praat (of leugens)"? [ZND 40 (1942)], [ZND 40 (1942)] III-3-1
kletsoor klitsoor: kledzūǝr (Paal) Dun eindje touw of leer aan het uiteinde van het snoer van de zweep dat bij het slaan een knallend geluid maakt. [JG 1a, 1b, 1c, 2c; N 13, 95c; L B2, 245; L 8, 142; R 14] I-10
kletswijf babbelkous: babbelkoès (Paal), babbeltrien: babbeltrien (Paal), babbelwijf: wêf: zoals Franse tête  babbelwêf (Paal), ratel: n raetel (Paal) Hoe heet een vrouw die veel babbelt [ZND 27 1938)] III-3-1
kleurx kleur: kleur (Paal, ... ) kleur [ZND 01 (1922)], [ZND 28 (1938)] III-4-4
kliekje beetje: Syst. IPA  bitskə (Paal) Kliekje, opgewarmde maaltijd (braoj, opstoovertje, prutske?) [N 16 (1962)] III-2-3
klierziekte klieren: klieren (Paal), De meeste informanten vertalen enkel het zinnetje hij heeft klieren (in de hals) zonder een speciale benaming voor deze klieren op te geven.  klie-ere (Paal), klieren (Paal), klèjere (Paal) hij heeft klieren (in de hals). Bestaat hiervoor een speciale volksnaam ? [ZND 28 (1938)] || hoe heet de klierziekte die gezwellen in de hals veroorzaakt, die dan soms opengaan ? [ZND 36 (1941)] III-1-2
klimop klimop: -  klimoep (Paal) klimop [ZND 36 (1941)] III-4-3