e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Paal

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vriend kameraad: kaməro.t (Paal) vriend [RND] III-3-1
vriesweer schraal (weer): sxrāl (Paal) vriezend weer, koud en droog [N 22 (1963)] III-4-4
vriezenx bakken: bakə (Paal) vriezen [bieberen, bikken] [N 22 (1963)] III-4-4
vroedvrouw vroedvrouw: vrøitvrō (Paal), wijsvrouw: waisvrō (Paal) vroedvrouw [ZND B1 (1940sq)] III-2-2
vroegmis eerste mis: d`ieste mes (Paal), de iste (Paal), distə mis (Paal) Hoe heet de vroegste mis op zondag? [ZND 38 (1942)] || vroegmis [RND] III-3-3
vrouw vrouwmens: fruməs (Paal), wijf: wɛ.f (Paal) vrouw [RND], [RND] III-3-1
vrouwelijk jong van de geit geit: gē̜t (Paal) [N 19, 71c; N 19, 71a; N 77, 77; N 77, 75; Vld.; A 9, 21; N C, Q 111 add.] I-12
vrouwelijk kalf vaarzenkalf: vi̯ɛ̄rzǝ[kalf] (Paal), vaarzenmutten: vi̯ɛ̄rzǝmøtǝ (Paal) [N 3A, 20; N C, 7b; JG 1a, 1b; A 9, 17b; Gwn V, 5b; monogr.] I-11
vrouwelijk kuiken pul: pøl (Paal) [N 19, 41a; monogr.] I-12
vrouwelijk schaap in het algemeen melkschaap: melkschaap (Paal), schaap: skǭǝp (Paal), sxǫu̯ǝp (Paal), sxǭp (Paal) De benamingen voor "vrouwelijk schaap" beantwoorden vooral aan de drie woordtypen ooi/ooitje, germ/germpje en het algemene woord schaap. Ten aanzien van het woordtype germ kan men opmerken dat het woord in nogal wat plaatsen kan duiden op het vrouwelijk schaap dat nog niet gelamd heeft. [JG 1a, 1b, 1c, 2c; R 3, 35; A 4, 22b; AGV, m3; L 1a-m; L 5, 30a; L 29, 32; L 20, 22b; L B2, 318; monogr.; S 23, Q 113 add.] I-12