24912 |
heuvel, kleine hoogte |
bergje:
e bergske (L355p Peer),
heuvel:
Opm. Fr. é.
hével (L355p Peer),
hoogte:
waën hiegte (L355p Peer)
|
heuvel [ZND 34 (1940)] || wat een hoogte! [ZND 27 (1938)]
III-4-4
|
17776 |
hiel |
vers:
vars (L355p Peer)
|
hiel (van den voet) [ZND 01u (1924)]
III-1-1
|
20329 |
hij aardt naar zijn vader |
hij aardt naar zijn pa:
hè aart neu zene pa (L355p Peer),
hij aardt naar zijn vader:
he aart noe ze vojer (L355p Peer),
hije aardt neene ze vader (L355p Peer),
cf. WNT s.v. "vaar (I)"(samengetrokken vorm van vader). Zie WNT s.v. "vader"waarin "vaaier"als bijvorm gegeven wordt (met overgang d > j )
hè aart neu zene vaier (L355p Peer)
|
naar zijn vader aarden; hij aardt naar zijn vader [ZND 19 (1936)]
III-2-2
|
18012 |
hijgen |
gijgen:
zə gijgən (L355p Peer),
kuimen:
kɛi̯mǝn (L355p Peer)
|
[JG 1a, 1b]zij hijgen (naar adem) [ZND 01u (1924)]
I-11, III-1-2
|
20481 |
hijgen naar adem, reutelen |
de ratel hebben:
hij heeft den rotel (L355p Peer),
de ratel in de keel hebben:
hè heet de raotel in de kē-el (L355p Peer),
hijgen:
hij gijgt (L355p Peer)
|
Hoe zegt men van een stervende, die naar adem hijgt of reutelt? [ZND 41 (1943)]
III-2-2
|
18029 |
hik |
hik:
B.v. den hik kan aarig vervelend zijn, vooral inne kerk onder de consecratie.
hik (L355p Peer)
|
Hik (hikkepik, nikkop, nik). [N 109 (2001)]
III-1-2
|
22777 |
hinkelblokje |
perksteen:
perkstieën (L355p Peer),
steen:
geen bijzondere term
stéen (L355p Peer)
|
Hoe heet het stukje hout of steen dat hierbij wordt gebruikt? [ZND 27 (1938)]
III-3-2
|
22774 |
hinkelen |
hinkelen:
Meisjesspel
hinkelen (L355p Peer),
hinken:
Meisjesspel
hinken (L355p Peer),
hinkperken:
hinkperken (L355p Peer),
perkhinken:
perkhinken (L355p Peer)
|
/ [SND (2006)] || Hoe heet het kinderspel, waarbij op één been gesprongen wordt? [ZND 27 (1938)]
III-3-2
|
22776 |
hinkelperk |
hinkelpad:
/
hinkelpad (L355p Peer)
|
/ [SND (2006)]
III-3-2
|
22778 |
hinkelperk: vorm |
vierkant:
vierkant (L355p Peer),
vierkant in half enkel (hemel) ingedeeld (L355p Peer)
|
Welke vorm heeft het spel dat op de grond wordt getekend? Teken dit op een afzonderlijk blaadje en schrijf de namen van de onderdelen in de vakken. [ZND 27 (1938)]
III-3-2
|