e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Peer

Overzicht

Gevonden: 3663
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
buurten uchteren: ichtere (Peer), ichteren (Peer) Hoe heet het gebruik in de winter s avonds bij de buren te gaan zitten praten? [ZND 22 (1936)] III-3-1
buurvrouw gebuur: geboer (Peer), gebuurvrouw: geboervrouw (Peer, ... ) buurvrouw [ZND 22 (1936)] III-3-1
calvarieberg op het kerkhof calvarieberg: calvarieberg (Peer) De beeldengroep op het kerkhof, bestaande uit Jezus aan het kruis en aan weerskanten daarvan Maria en Johannes [Calvariegroep, kruisgroep, Calvarieberg?]. [N 96A (1989)] III-3-3
canonborden canonborden: canonborden (Peer) De canonborden op het altaar. [N 96B (1989)] III-3-3
cariës rotte tanden: rotte taan (Peer) Cariës: tandbederf, langzame vernietiging van het glazuur van de tand (wolf, rotte tanden, cariës). [N 107 (2001)] III-1-2
castreren afbinden: āfbenǝ (Peer), snijden: snē̜i̯ǝ (Peer), snęi̯.ǝn (Peer, ... ) Een mannelijk paard onvruchtbaar maken door de teelballen weg te snijden; men spreekt dan van een ruin. Vgl. het lemma ''ruin'' (2.1.3). [JG 1a, 1b; N 8, 60] || Het varken onvruchtbaar maken. Mannelijke varkens castreert men door ze de teelballen weg te nemen. [N 76, 44; JG 1a, 1b; monogr.] || In dit lemma worden twee manieren van castreren onderscheiden: A. onvruchtbaar maken door de teelballen weg te nemen, weg te snijden of te kwetsen, en B. onvruchtbaar maken door de teelballen af te binden of af te knijpen.. [N 3A, 19; JG 1a, 1b; A 3, 37; A 4, 12; L 4, 37; L 20, 12; Wi 16; monogr.] I-11, I-12, I-9
cementen strekel cementen streek: sǝmę.ntǝ [streek] (Peer) Houten lat van ongeveer 40 cm., waarop aan beide zijden een laagje cement (amaril) is aangebracht. Zie de algemene toelichting bij deze paragraaf en afbeelding 9, nummer 4. Waar het woord(deel) streek of strekel identiek is aan de opgave voor "strekel" in dezelfde plaats, wordt door middel van de notatie (streek) of (strekel) voor de fonetische documentatie verwezen naar het lemma ''strekel''. [JG 1a, 1b; add. uit N 18, 80 en 82] I-3
cent cent: ps. omgespeld volgens Frings.  ⁄n seͅnt (Peer) cent, een ~ [ook oudere woorden als sans?] [N 21 (1963)] III-3-1
centiem centiem: ps. omgespeld volgens Frings.  nə səntim (Peer) koperen munt van 1 centiem [N 21 (1963)] III-3-1
cervelaatworst saucijs: saucisse (Peer), gedroogde worst  soosies (Peer) worst [ZND 21 (1936)] III-2-3