e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Pey

Overzicht

Gevonden: 1062
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
eten (ww.) eten: ète (Pey), èètə (Pey) eten [DC 35 (1963)], [DC 37 (1964)] III-2-3
fanfare fanfare: famfār (Pey, ... ) Een muziekkorps dat bestaat uit koperen blaasinstrumenten en slagwerk [fanfare, fanfaar, muziek]. [N 90 (1982)] III-3-2
fiets fiets: fĭts (Pey) fiets: Mn - is stuk, ik moet lopen [DC 35 (1963)] III-3-1
fietsen fietsen: fitsje (Pey) op een fiets rijden [fietsen, wieleren] [N 90 (1982)] III-3-1
filet, haas lende: lenjə (Pey), ossehaas: ossehaas (Pey) lendestuk; Hoe noemt U: Lendestuk, ossehaas (ossehaas, harst, osseharst, runderharst, filet) [N 80 (1980)] III-2-3
fladderen fladderen: fladdere (Pey) fladderen op gebrekkige wijze of bij korte beurten vliegen, gezegd van jonge vogels (flodderen, plodderen, plodden, vluggen, flaggeren, floddervleugelen) [N 83 (1981)] III-4-1
flensje flensje: flenskə (Pey), pannenkoekje: pannekeukske (Pey) flensje; Hoe noemt U: Een dun pannekoekje, een flensje (struifje, koekje, flensje, broedertje) [N 80 (1980)] III-2-3
flink; flinke persoon flink: flĭnk (Pey) flink: U loopt nog - voor iemand van uw leeftijd [DC 39 (1965)] III-1-4
fluisteren fluisteren: fluustere (Pey), fluustərə (Pey) fluisteren [DC 16 (1948)] III-3-1
fopspeen lots: loetsj (Pey) fopspeen; hoe heet in uw dialect de fopspeen die men kleine kinderen in de mond stopt om ze stil te krijgen [DC 43 (1968)] III-2-2