25314 |
roede, maat van 14 m2 |
roede:
rooi (L381b Pey)
|
de maat die een oppervlakte aangeeft van 14 vierkante meter [roede] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
24235 |
roek |
kaak:
kaak (L381b Pey, ...
L381b Pey)
|
Hoe heet de roek? [DC 06 (1938)]
III-4-1
|
21362 |
roepen |
roepen:
roopə (L381b Pey)
|
roepen (geen context) [DC 38 (1964)]
III-3-1
|
20610 |
roerom |
potjebuil:
putjebuujel (L381b Pey)
|
roerom; Hoe noemt U: Een gerecht dat bestaat uit meel, gekookt in water of melk, met stroop en vet opgediend (treot, potstroe, ruierom, potjebuul) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
25088 |
roest |
roest:
roes (L381b Pey),
rös (L381b Pey)
|
roest, rood- of bruingele bedekking die aan de oppervlakte van ijzer en staal ontstaat door verbinding met zuurstof, vooral in een vochtige omgeving [roester] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
20760 |
roggebrood |
zwart brood:
zwart broead (L381b Pey)
|
roggebrood [DC 35 (1963)]
III-2-3
|
18048 |
roof(je) (korst op een wonde) |
roof(je):
röfke (L381b Pey),
eu zoals de i in het Engelse woord "bird
reufkə (L381b Pey)
|
Een roofje (korstje) op een wond. [DC 14 (1946)]
III-1-2
|
24239 |
roofvogel, algemeen |
roofvogel:
raufvoogel (L381b Pey)
|
een roofvogel (klamper) [N 83 (1981)]
III-4-1
|
20516 |
rookvlees |
rookvlees:
ruikvleis (L381b Pey, ...
L381b Pey,
L381b Pey)
|
rookvlees; Hoe noemt U: Een stuk gerookt vlees (krep, rookvlees) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
20676 |
room |
room:
rowm (L381b Pey)
|
room [DC 39 (1965)]
III-2-3
|