17560 |
geraamte |
geraamsel:
gerɛ̄mšəl (Q012p Rekem),
geraamte:
gerɛ̄mtə (Q012p Rekem),
gərɛimtə (Q012p Rekem)
|
een geraamte [ZND B1 (1940sq)] || geraamte [ZND 01 (1922)]
III-1-1
|
18939 |
gereed |
klaar:
klōr (Q012p Rekem),
vaardig:
vēͅrdəx (Q012p Rekem)
|
gereed: zijt ge gereed met uw werk ? [ZND B2 (1940sq)] || klaar [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
25591 |
gereedschap waarmee men invet |
vod:
vod (Q012p Rekem)
|
De borstel, lap, vod enz. waarmee olie, vet, boter enz. op bakblik, bakplaat e.d. worden aangebracht. [N 29, 38b]
II-1
|
28146 |
gereedschapsmagazijn |
magazijn:
magazin (Q012p Rekem
[(Zwartberg / Eisden)]
[Eisden])
|
Ruimte ondergronds waar het gereedschap aan de mijnwerkers wordt uitgereikt en na gebruik weer wordt opgeborgen. [N 95, 727]
II-5
|
19091 |
gerieflijk |
gerieflijk:
gereefeluk hoes (Q012p Rekem)
|
Gerieflijk huis. [ZND 35 (1941)]
III-1-4
|
34240 |
geronnen melk |
dikke melk:
dekǝ męlǝk (Q012p Rekem)
|
Melk die door het lange staan dik en zuur is geworden. [L 2, 7; A 7, 15; monogr.]
I-11
|
20583 |
gerookte paling |
paling:
poaling (Q012p Rekem)
|
panpaling; Hoe noemt U: Een gerookte panpaling [N 80 (1980)]
III-2-3
|
32979 |
gerst |
gerst:
gē.rs (Q012p Rekem),
gē̜rs (Q012p Rekem)
|
Hordeum L. De gerstteelt was in Belgisch Limburg betrekkelijk zeldzaam. Bij zomergerst wordt aangetekend: vooral bestemd voor de brouwerij; bij wintergerst: vooral bestemd als veevoer. Volgorde varianten van gerst: 1. met "rst" in de auslautgroep; 2. met "st"; 3. met "rs"; en 4: met alleen "s" in de auslautgroep; zie de eerste klankkaart [kaart 6]; in de tweede klankkaart [kaart 7] is de geografische verspreiding van het vocalisme weergegeven. Zie afbeelding 1, d. [JG 1a, 1b; L A1, 127; L 1 a-m; L 24, 6a; L lijst graangewassen, 2; R 3, 24; S 10; Wi 53; monogr.]
I-4
|
21100 |
gerstebier |
gerste:
gēͅrstə (Q012p Rekem),
gerstebier:
geerstebeer (Q012p Rekem),
gēͅrstəbēr (Q012p Rekem),
gĕĕrstebeer (Q012p Rekem)
|
gerstenbier [ZND 24 (1937)]
III-2-3
|
18312 |
geruite jurk |
ruitjeskleed:
rütšəskleͅit (Q012p Rekem)
|
jurk van geruite stof [ruutekeskleid] [N 24 (1964)]
III-1-3
|