e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Reuver

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
verkillen stijf worden: sjtief waere (Reuver) Ongevoelig worden van kou, gezegd van ledematen (killen). [N 84 (1981)] III-1-2
verklaren verklaren: verkloare (Reuver) verklaren [SGV (1914)] III-3-1
verkleumd stijf: sjtīēf van de kaaj (Reuver) verstijfd van kou [verkild] [N 10 (1961)] III-1-2
verknippen, versnijden versnijden: vǝršnejǝ (Reuver) Door verkeerd knippen het te maken kledingstuk bederven. [N 62, 24; MW] II-7
verkoper verkoper: vèrkouper (Reuver), vèrkuuper (Reuver) verkooper [SGV (1914)] III-3-1
verkouden verkoud: ich bun verkaad (Reuver), verkaad (Reuver), verkāāt (Reuver), versnops: ich bun versnoeps (Reuver) Verkouden: verkouden zijn; ontsteking van neusslijmvlies, met neusverstopping en slijmafscheiding (verkoud, verkouden, verkeld, versnoft). [N 84 (1981)] || Verkoudheid. Op welke wijze wordt dit gewoonlijk uitgedrukt? B.v. Ik ben ~ [DC 27 (1955)] III-1-2
verkwanselen verkoetelen: verkoetele (Reuver) Verkwanselen, op verachtelijke wijze verhandelen [vertuitelen, verkwanselen?] [N 21 (1963)] III-3-1
verkwisten met geld smijten: met geld sjmiete (Reuver) op overdadige en lichtzinnige wijze besteden [dolboteren, vermokken, vertoelibassen, verkwisten] [N 89 (1982)] III-3-1
verlagen afslaan: aafsjlaon (Reuver) verlagen, iets in prijs ~ [afzetten? b.v. de biggen zijn afgezet?] [N 21 (1963)] III-3-1
verlegen schouw: sjōē (Reuver), sjōēw (Reuver) verlegen [schoow, sjou, bluuj, besjeemt] [N 06 (1960)] III-1-4