e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Riksingen

Overzicht

Gevonden: 1965
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
duif (alg.) duif: dēͅjə douf əs tâm, eͅn tâm douf (Riksingen), ich haag douve veur me plezier (Riksingen) Duivenhouden is een ... (iest dat gedaan wordt om de tijd te korten). [ZND 28 (1938)] || Tam, mak. "Die duif is tam, een tamme duif. [ZND 07 (1924)] III-3-2
duif, algemeen duif: douf (Riksingen) duif [ZND 01 (1922)] III-4-1
duiken duikelen: én het woïter deuikele (Riksingen) In het water duiken. [ZND 33 (1940)] III-3-2
duimeling duimeling: døyməliŋ (Riksingen) hoesje of deel van handschoen dat ter beschermin van een gekwetste vinger wordt geschoven en aan de pols wordt vastgemaakt [sluif, sleuf, duimeling] [N 23 (1964)] III-1-3
duivel duivel: dy(3)̄vəl (Riksingen) De duivel (volksnamen). [ZND 01u (1924)] III-3-3
duivin, vrouwelijke duif zij: zɛjə (Riksingen) duif, wijfje [ZND 18 (1935)] III-4-1
duizelig duizelachtig: doizeleitig (Riksingen), wazig: heel wezig (Riksingen), zat: zat (Riksingen) hoe is of wordt iemand die bang is op een hoogte (met een zinnetje antwoorden) ? [ZND 23 (1937)] || hoe is of wordt iemand die lang heeft rondgedraaid (met een zinnetje antwoorden) ? [ZND 23 (1937)] III-1-2
duizendpoot duizendpoot: dūzəntpōͅət (Riksingen) duizendpoot [duuzendbeender, -been] [N 26 (1964)] III-4-2
dunne melk dunne melk: du̯øn melǝk (Riksingen) Dunne melk met een laag vetgehalte. [N 3A, 74] I-11
dunne sjaal zijden foulardje (<fr.): zeͅjə fulārkə (Riksingen) sjaal, dunne ~ [N 23 (1964)] III-1-3