e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Riksingen

Overzicht

Gevonden: 1965
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gedienstig gedienstig: dei és gedienstig (Riksingen) Hij is gedienstig (geneigd om dienst te bewijzen). [ZND 35 (1941)] III-1-4
geduld patience (fr.): héit toch wat peehence (Riksingen) Heb toch wat geduld! [ZND 35 (1941)] III-1-4
gedwee braaf: ook materiaal znd 23, 69; znd 35, 49  braaf (Riksingen), content: ook materiaal 23, 69; znd 35, 49  kontant (Riksingen) gedwee [ZND 01 (1922)] III-1-4
geelzucht geel verf: gēͅlveͅrf (Riksingen), geelziekte: gèilzikde (Riksingen) de geelzucht (ziekte waarbij de huid en ook het wit van de ogen geel wordt) [ZND 35 (1941)] || geelzucht [ZND 01u (1924)] III-1-2
geen ... waard geen cent waard: geen cent wooid (Riksingen) Hoe zegt men van iets dat geen waarde heeft? (dat is geen ... waard). [ZND 28 (1938)] III-3-1
geer geer: gēr (Riksingen) Een naar boven spits uitlopende lap of strook waarmee men een kledingstuk van onderen verwijdt. [N 62, 11a; L 1a-m; L 23, 71; Gi 1.IV, 17; S 10; monogr.] II-7
geeuwen gapen: gaupe (Riksingen) geeuwen (als men slaperig is) [ZND 34 (1940)] III-1-2
geeuwhonger geeuwhonger: gêhōuŋer (Riksingen) geeuwhonger [ZND 01 (1922)] III-2-3
gegraven waterloop gracht: grāx (Riksingen) In het algemeen is in dit lemma sprake van een gegraven waterloop als afscheiding of om overtollig water af te voeren of om te bewateren. In dialectenqu√™tes zijn er veel vragen gesteld naar de benamingen voor een sloot, graaf of gracht. In de antwoorden bleek veel overlap te zitten. Het gaat hier om waterlopen die verschillend van breedte kunnen zijn. Omdat de antwoorden hierover niet eenduidig waren, was het niet mogelijk aan een begrip een vaste breedte toe te kennen. Algemeen kan men zeggen dat een gracht een bredere sloot is, een graaf een wat bredere, vaak droge sloot, en dat een goot, grub en zouw wat smallere waterlopen zijn. Het overeenkomstige bij alle waterlopen is dat ze gegraven zijn. [N 27, 24; AGV, m1; A 20, 1c; A 20, 1d; A 10, 21; A 2, 48; L 24, 27; L 1a-m; L 36, 4; L A1, 62; Lu 1, 5; R 14, 23j; S 11, 33; monogr.] I-8
gehakt gekapt vlees: gekapvlees (Riksingen) gehakt vlees [ZND 35 (1941)] III-2-3