24169 |
hop |
hop:
hoep (L329p Roermond),
hop (L329p Roermond)
|
hop || Humulus lupulus L. Een tot 4,50 meter hoge slingerplant met een ruw-knobbelige stevige stengel, die bloeit van juli tot september: de mannelijke bloemen in vaalgele pluimen, de vrouwelijke in hangende trossen van bolvormige vruchtkegels, de zogenamde hopbellen. De olieachtige stof in deze hopbellen wordt gebruikt bij de bereiding van bier. [Wi 52; monogr.]
I-5, III-4-1
|
18841 |
hopen |
hopen:
haope (L329p Roermond, ...
L329p Roermond,
L329p Roermond),
haopə (L329p Roermond)
|
een gunstige verwachting hebben over iets wat men wenst [verhopen, hopen] [N 85 (1981)] || hopen
III-1-4
|
32926 |
hopen spreiden |
spreiden:
[spreiden] (L329p Roermond)
|
Het uiteengooien van de middelgrote soort hopen. Het voorwerp van de overgankelijke werkwoorden is steeds: hopen. ø...ŋ wijst op identieke antwoorden als in het lemma ''zwaden spreiden''.' [N 14, 109]
I-3
|
25136 |
horizon |
einder:
injer (L329p Roermond),
horizon:
hoorizón (L329p Roermond),
horizon (L329p Roermond),
horizon ? (L329p Roermond)
|
horizon, de lijn waar hemel en aarde elkaar lijken te raken [einder] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
33456 |
horizontale sluitbalk van een poort |
knevel:
knē̜ ̞vǝl (L329p Roermond)
|
Een losse balk, soms een stevige stok, die horizontaal wordt aangebracht achter de beide poortvleugels door hem achter haken te leggen. Zo is de gehele poort gesloten. Deze afsluiting bevindt zich meestal ter halve hoogte. Door functionele overeenkomst kunnen sommige benamingen ook in gebruik zijn voor andere afsluitingen. [N 5A, 54a; N 4A, 48; monogr.]
I-6
|
18233 |
horloge |
horloge:
glozie (L329p Roermond),
horloge (L329p Roermond),
horlozje (L329p Roermond),
hórloozjə (L329p Roermond),
uur:
ōēr (L329p Roermond, ...
L329p Roermond)
|
horloge || uur: d) horloge || uurwerk dat men bij zich draagt, bijv. om de pols [glozie, lozie, allozie] [N 86 (1981)]
III-1-3
|
18149 |
horrelvoet |
paardspoot:
pairspoot (L329p Roermond),
paardsvoet:
paersvoot (L329p Roermond, ...
L329p Roermond)
|
Misvormde voet (homperd, horjevoet, horrelvoet, homperpoot, strompelvoet, paardvoet). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
20112 |
hortensia |
hortensia:
hortensia (L329p Roermond)
|
[DC 76 (2002)]
I-7
|
17847 |
hotsen |
hobbelen:
hoebele (L329p Roermond),
schokkelen:
sjoekele (L329p Roermond)
|
zachtjes schokken in of op een voertuig op een hobbelige weg (botteren, bottelen) [N 90 (1982)]
III-3-1
|
21459 |
houden van |
houden van:
haaje van (L329p Roermond, ...
L329p Roermond),
haajə van (L329p Roermond)
|
liefde voelen voor iemand [fiel zijn met, veel houden van, veel afhouden] [N 85 (1981)]
III-3-1
|