e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Rosmeer

Overzicht

Gevonden: 2181
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
franje fronjel: fruinjələ (Rosmeer), frŭnzjel (Rosmeer) bedsprei met franjes [ZND 23 (1937)] || franje [ZND 01 (1922)] III-1-3
fruit bewaren fruit bewaren: verzamelfiche, ook mat. van ZND 1a-m, 38-51  frëet bewôre (Rosmeer) leggen de kinderen fruit te rijpen in verborgen hoekjes; hoe noemen zij dat: meuken of iets dergelijks? [ZND 01u (1924)] III-2-3
fruit, ooft fruit: frëet (Rosmeer, ... ) [ZND 01 (1922)] [ZND 05 (1924)] I-7
fuchsia belletjes: slechts mv.  bellekes (Rosmeer) fuchsia [DC 60a (1985)] III-2-1
gaan gaan: gwĕŭ (Rosmeer) gaan [ZND 01 (1922)] III-1-2
gaatje voor de schoenveter kotje: kītšəs (Rosmeer) gaatjes in de schoen waardoor de veter wordt geregen [riegaater] [N 24 (1964)] III-1-3
galgenaas een voor de galg: das ëene ver de galleng (Rosmeer), ééne ver de galleng (Rosmeer) Een zeer slecht mens (galgenaas). [ZND 35 (1941)] || galgenaas [ZND 01 (1922)] III-3-1
gang gang: gāŋk (Rosmeer) gang [ZND 01 (1922)] III-2-1
gang naast de koeienstand gang: gaŋk (Rosmeer), zijgangetje: zē̜ ̞i̯gɛŋkskǝ (Rosmeer) In een bepaald type stal loopt er naast de koeienstand, tussen de schutting en de muur, een vrij smalle gang; soms, bij een ander type stal, zijn er naast de koeienstand twee gangen, een brede en een smalle. Vooral bij keuterboerderijen komt het voor dat er helemaal geen gang naast de koeienstand is. De gangen worden gebruikt voor het transport van voer en mest en om zich door de stal te kunnen verplaatsen. [N 5A, 41a en 41b; N 4, 75] I-6
gans gans: gās (Rosmeer) [A 2, 42; A 6, 5a; A 6, 5b; A 6, 5c; S 9; L 1a-m; L 1, 58; JG 1a, 1b, 1c, 1d; Vld.; monogr.] I-12