33984 |
achterhaam |
achterhaam:
axtǝrām (L420p Rotem)
|
Samenstel van riemen dat op het achterwerk van het paard wordt gelegd en dient om de kar achteruit te stoten. [JG 1a, 1b, 2b; N 13, 74; monogr.]
I-10
|
34100 |
achterklauw |
vers:
vēs (L420p Rotem)
|
Achterste deel van de hoef. [N 3A, 119c]
I-11
|
33802 |
achterknie |
hees:
ięs (L420p Rotem)
|
Uitstekend achterpootsgewricht van het paard. Een gedeelte van de termen duidt niet de uit- maar de insprong of knieholte aan. Zie afbeelding 2.40. [JG 1a, 1b, 2c; N 8, 32.1, 32.5, 32.9, 32.10, 32.11 en 32.12]
I-9
|
31587 |
achternaafband |
reep:
rēp (L420p Rotem)
|
De ijzeren band om het achtereinde van de naaf, aan de kant van de wagen. De achternaafband is doorgaans smaller dan de muilband. Zie ook afb. 214. [N G, 43d; N 17, 60b; Vld.]
II-11
|
19445 |
achteruit |
terug:
tryq (L420p Rotem)
|
Voermansroep om het paard achteruit te doen gaan. [JG 1b; N 8, 95l en 96; L B 2, 254; L 36, 81b; monogr.]
I-10
|
34584 |
achterwand |
achterschutsel:
axtǝršø̜tsǝl (L420p Rotem),
bred:
bret (L420p Rotem),
brīt (L420p Rotem),
hoofdbred:
hø̜i̯t˱brīǝ.t (L420p Rotem)
|
De afneembare achterplank van de kar of wagen. Deze plank werd tussen de twee zijwanden geschoven om de laadruimte af te sluiten en kon tijdens het lossen weggenomen worden. Voor de betekenisontwikkelingen van de verschillende woordtypes, zie de toelichting bij het lemma voorwand. Op de kaart zijn voor Belgisch Limburg alleen de gegevens uit de mondelinge enquête opgenomen. [N 17, 30a + 36 + 48; N G, 61c; JG 1a; JG 1b; JG 2b; JG 2c; A 26, 1a; Lu 4, 1a; L 33, 4; L 40, 56; monogr.]
I-13
|
17781 |
adem |
adem:
ōjəm (L420p Rotem)
|
adem [ZND 01u (1924)]
III-1-1
|
17685 |
ademen |
ademen:
ich kos neet aojeme (L420p Rotem),
ich kos neet enjemen (L420p Rotem)
|
Ik kon niet ademen [ZND 19 (1936)]
III-1-1
|
17682 |
ader |
ader:
de aojere van zəne kop (L420p Rotem),
de enjeren van veur van dine kop (L420p Rotem),
n enjer open sni(j)en (L420p Rotem),
n oajer oepesniĕ (L420p Rotem)
|
de aderen van zijn voorhoofd [ZND 19 (1936)] || een ader opensnijden [ZND 19 (1936)]
III-1-1
|
19803 |
afdak |
afdak:
āf˂dāk (L420p Rotem, ...
L420p Rotem,
L420p Rotem)
|
afdak [ZND 01 (1922)], [ZND 06 (1924)], [ZND 12 (1926)]
III-2-1
|