33900 |
brokkelhoef |
sprokvoeten:
šprǫkvø̄t (Q098p Schimmert)
|
Een hoef met wanden die zeer bros zijn en gemakkelijk afbrokkelen. In de hoornwand zijn kloven. Als het paard moet beslagen worden, is het moeilijk de ijzers goed vast te nagelen. [N 8, 90u]
I-9
|
24307 |
brommen, zoemen van een insect |
brommen:
bromme (Q098p Schimmert),
knoteren:
o lang
knotere (Q098p Schimmert)
|
brommen [SGV (1914)]
III-4-2
|
24948 |
bron |
bron:
bron (Q098p Schimmert),
brôn (Q098p Schimmert),
ein bron (Q098p Schimmert),
kwel:
ein kwel (Q098p Schimmert),
sprong:
sprøŋk (Q098p Schimmert),
wel:
en wēl (Q098p Schimmert),
wel (Q098p Schimmert)
|
bron, natuurlijke opening in de grond waar water uit de grond opwelt [kwel, wel] [N 81 (1980)] || Natuurlijke opening in de grond waar water uit opwelt. [S 5; L 1a-m; L 22, 26; N 5A(I]
I-8, III-4-4
|
34342 |
bronstig |
berig:
bērex (Q098p Schimmert)
|
Geslachtsdrift vertonend, gezegd van het vrouwelijk varken. [N 19, 12; N C, 4d; A 43, 20a; JG 1a, 1b, 1c, 2c; S 52, add.; N 76, add.; monogr.]
I-12
|
33864 |
bronstig, van merries |
rossig:
rø̜sex (Q098p Schimmert)
|
Geslachtsdrift vertonend, gezegd van merries. Een hengstige merrie reageert op de aanwezigheid van de hengst met het optillen van de staart. Ze neemt herhaaldelijk een urirende houding aan, waarbij kleine hoeveelheden urine worden geloosd, terwijl de clitorisch ritmisch naar buiten wordt geperst. Bij de afwezigheid van de hengst zijn deze symptomen minder duidelijk of soms geheel afwezig. [JG 1a, 1b, 1c, 2c; N 8, 42a en 44; N 8A, 2; monogr.]
I-9
|
20769 |
brood |
brood:
broit (Q098p Schimmert),
broèd (Q098p Schimmert),
brōēat (Q098p Schimmert)
|
brood [DC 03 (1934)], [DC 39 (1965)], [RND]
III-2-3
|
25293 |
brood, maat van 25 kilo |
brood:
braŏd (Q098p Schimmert),
bro͂o͂d (Q098p Schimmert)
|
de maat die een gewicht aangeeft van 25 kg [brood] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
19531 |
broodmes |
broodmes:
braodmets (Q098p Schimmert),
brōēdmèts (Q098p Schimmert)
|
mes waarmee brood wordt gesneden [N 20 (zj)]
III-2-1
|
25500 |
broodoven |
oven:
ōvǝ (Q098p Schimmert),
ǭvǝ (Q098p Schimmert)
|
De diverse vragen vroegen in het algemeen naar "de oven" en niet specifiek naar "de broodoven" afgezien van N 29, 1a. Het merendeel van de antwoorden slaat op de oven aan huis of op de boerderij. Meer specifieke ovens zullen in de bakkerij gebouwd zijn. De königswinteroven is een oven gemaakt van grote blokken steen afkomstig uit königswinter. De vloer bestaat uit twee grote blokken. Deze oven is voorzien van drie kanalen (pijpen) die boven het gewelf zijn aangebracht. Kanalen voeren de rook van achter de oven boven over het gewelf naar voren waardoor de trek van het vuur veel beter regelbaar wordt gemaakt (z. wbd ii afl. 1 blz. 62). [N 29, 1a; N 5, 135; RND, 57; S 27; Wi4; L 12, 8; L 40, 13b; L 40, 14; L A 2, 277; monogr.]
II-1
|
24983 |
bros, breekbaar |
broos:
broos (Q098p Schimmert),
sprok:
schprok (Q098p Schimmert),
sjpròk (Q098p Schimmert),
sprok (Q098p Schimmert, ...
Q098p Schimmert)
|
bros [SGV (1914)] || hard aanvoelend en toch gemakkelijk breekbaar [bros, sprok, ras, broos] [N 91 (1982)]
III-4-4
|