e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Schinnen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
melkboer melkboer: mɛləkbu.ər (Schinnen) melkboer [RND] III-3-1
melkglas melkglas: męlk˲glās (Schinnen) Ondoorzichtig, melkwit gekleurd glas. [N 67, 89i] II-9
melkstoeltje melkstoel: mɛlkštōl (Schinnen), melkstoeltje: męlkštø̄lkǝ (Schinnen) Houten krukje met drie of vier poten waarop men zit bij het melken van de koeien. Zie afbeelding 10. [A 9, 13; A 42, 18a; JG 1d; monogr.] I-11
meloen meloen: məlŏĕn (Schinnen), eigen spellingsysteem  meloen (Schinnen), WLD  meloen (Schinnen) Een meloen, de komkommerachtige oranjekleurige of groene, sappige, smakelijke vrucht (meloen, kanteloep). [N 82 (1981)] I-7
menen menen: meine (Schinnen, ... ), meinə (Schinnen) van mening zijn [peinzen, menen] [N 85 (1981)] III-3-1
mens (alg.) mens: ook voor man en vrouw; zowel geringachting als sympathiek medelijden mijn man = miene miensch bedelaar(ster) : erme miensch (man) erm mienschke (vrouw)  minš (Schinnen) mens; wordt mensch gebruikt in de betekenis van man? Spreekt een vrouw b.v. van mn mensch?, wanneer ze haar man bedoelt? Komt het mensch voor in de betekenis van vrouw? En bedoelt men met die zegswijze alleen geringachting of ook sympathiek medelijden? [DC 05 (1937)] III-2-2
menstruatie klats: aan de klatsch (Schinnen), regels: règels (Schinnen) menstruatie [verandering, reegels] [N 10C (zj)] III-2-2
menstrueren de dag hebben: de daag höbbe (Schinnen), ongesteld zijn: ongesjteld zeen (Schinnen) menstruatie [verandering, reegels] [N 10C (zj)] III-2-2
merel melder: meelder (Schinnen), meilder (Schinnen) Hoe heet de merel? [DC 06 (1938)] || merel [SGV (1914)] III-4-1
merg merg: merg (Schinnen) merg [SGV (1914)] III-1-1