e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Schinveld

Overzicht

Gevonden: 2469

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
adem adem: oam (Schinveld) adem [SGV (1914)] III-1-1
ademen adem krijgen: oam kriege (Schinveld), ademen: aome (Schinveld), ademhalen: oam hoale (Schinveld), lucht halen: lôêf haole (Schinveld) ademen [N 10a (1961)], [SGV (1914)] III-1-1
ader ader: ader (Schinveld), aor (Schinveld), oar (Schinveld), oare (Schinveld) ader [N 10a (1961)], [SGV (1914)] || aderen [SGV (1914)] III-1-1
afdak afdak: aafdaak (Schinveld), afhang: aafhank (Schinveld), luif: leuf (Schinveld) afdak [SGV (1914)] III-2-1
afhangend kuifje (bij kortgeknipt haar) pony: ponnie (Schinveld) haar, kortgeknipt ~ met alleen van voor een afhangend kuifje [ponnie, tuil] [N 10 (1961)] III-1-1
afkoken gestooft: ges-jtoofd (Schinveld) Hoe noemt U: Met (in) weinig water gekookt, gezegd van groenten (kort) [N 80 (1980)] III-2-3
afkomst afkomst: aafkumst (Schinveld), komaf: komaaf (Schinveld) afkomst [N 87 (1981)] III-2-2
afloeren, bespieden uitloeren: ôêtlôêre (Schinveld) kijken: afloeren [aafvinke] [N 10 (1961)] III-1-1
aftrekken (met de hand) kruiden: krūǝ (Schinveld) Het uit de grond trekken van konijnevoer, onkruid, e.d., zonder dat daarbij gereedschap wordt gebruikt. [N Q, 11c] I-5
aftroggelen afklappen: aafklappe(n) (Schinveld), flensen: WNT: flensen, B. 2. Knoeien bij het kaartspel.  flĭĕnsje(n) (Schinveld) troggelen (af~) [SGV (1914)] III-3-1