e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Sevenum

Overzicht

Gevonden: 6012
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
blutsen blutsen: blutsen (Sevenum), butsen: buts (Sevenum), butsen (Sevenum), bùts (Sevenum), knotsen: knutsen (Sevenum) blutsen [SGV (1914)] || Blutsen: een buil slaan, een deuk slaan (blutsen, knutsen, butsen). [N 84 (1981)] III-1-2
blutsen, van een appel geblutst: WLD  geblutst (Sevenum, ... ) Een appel of peer oppervlakkig beschadigen zoda er een zachte plek ontstaat (blutsen, kneuzen, keuzen). [N 82 (1981)] I-7
bobbel, kleine verhevenheid bultje: bultje (Sevenum), bùltje (Sevenum) een kleine, ronde, meestal holle verhevenheid op een oppervlak [bobbel, brobbel, knobbel, hulte] [N 91 (1982)] III-4-4
bochel bult: bult (Sevenum, ... ), hoge rug: hōēge ruk (Sevenum), pokkel: pōkkel (Sevenum) bochel [SGV (1914)] || bochel [hooge ruch, bult, schoft] [N 10a (1961)] || bult [SGV (1914)] III-1-2
bod bod: bod (Sevenum, ... ) de geboden som op een veiling [bod, gebod, roep] [N 89 (1982)] III-3-1
bodem bodem: bǭm (Sevenum) De uit planken bestaande bodem van de bak van de kar, wagen of kruiwagen. [N 17, 23 + 45; N 18, 99; N G, 53d; JG 1a; monogr.] I-13
bodemhaak haak: hāk (Sevenum), vrouwenhaak: vrǫwǝhǭk (Sevenum) Bodemmes waarvan het snijdend gedeelte uitloopt in een krul. De bodemhaak wordt gebruikt om de bodem en vaak ook de binnenkant van de geheulde klomp glad af te werken. Zie ook afb. 245. [N 97, 24; N 97, 89] II-12
bodemmes bodemmes: bodemmes (Sevenum) Licht gebogen, aan beide zijden snijdend mes met lange steel, dat met name wordt gebruikt om de ruw bewerkte bodem van de geheulde klomp bij te snijden en glad af te werken. Zie ook afb. 244. [N 97, 22; N 97, 25; A 29a, 8a-b; A 29a, 11a-b; Bakeman 9; monogr.] II-12
boek boek: book (Sevenum) boek [SGV (1914)] III-3-1
boeket ruiker: WLD  ruuker (Sevenum), rūūker (Sevenum) Een aantal bijeengebonden of —gevoegde bloemen (tuit, tuiltje, boeket, ruiker, bloemetje). [N 82 (1981)] III-4-3