e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q020p plaats=Sittard

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
iris iris: iris (Sittard) Iris: het gekleurde gedeelte van het oog waarin zich de pupil bevindt. [N 84 (1981)] III-1-1
jaargetijde jaardienst: joardeins (Sittard) Een mis op de verjaardag van iemands overlijden, jaardienst, jaargetijde, jaargedachtenis [jörgentij, joaërgedechnis?]. [N 96B (1989)] III-3-3
jaarmarkt grote markt: grote mert (Sittard) de markt die elk jaar op een vaste tijd wordt gehouden [foor, jaarmarkt] [N 89 (1982)] III-3-1
jaarring krabben op de hoorns: krabǝ ǫp dǝ hø̜̄rǝ (Sittard) Jaarlijkse ringvormige verdikking aan de hoorns. [N 3A, 106b] I-11
jachtbuis buis: bȳs (Sittard) De buis waardoor het water door middel van hoogteverschil van de waterketel naar de beslagkuip wordt gevoerd of waardoor de gekookte wort door middel van hoogteverschil naar de koelbakken wordt afgevoerd. In Q 20 liep de buis van de brouwketel naar de beslagkuip. [N 35, 34a; N 35, 34b; N 35, 35a; N 35, 32b] II-2
jacquetpak jacquet (<fr.): sjakket (Sittard), sjeket (Sittard, ... ), slip: sjlup (Sittard) jacquetkostuum, bestaande uit zwarte slipjas, vest en gestreepte broek [sjeket, seket] [N 23 (1964)] III-1-3
jagen jagen: jagen (Sittard) voorttrekken van een trekschuit [jagen] [N 90 (1982)] III-3-1
jager eker: ę̄kǝr (Sittard), kan: kan (Sittard) De (koperen) emmer aan een lange of korte steel, eventueel in de vorm van een groot soort lepel, of de kruik of kan met een schenkrand of schenktuit waarmee men heet water op het moutmeel in de beslagkuip brengt (vraag N 35, 34a), wort naar de wortelketel transporteert (vraag N 35, 34b) en gekookte wort naar de koelbakken of andere installaties voert (vraag N 35, 34c). Achter het plaatsnummer is tussen haakjes opgenomen voor welke vraag/vragen het antwoord van de desbetreffende plaats geldt. In L 325 en P 180 gebruikt men een koperen emmer. Zie ook afb. 6. [N 35, 34a; N 35, 34b; N 35, 34c; monogr.] II-2
jak basquine (fr.): baskaen (Sittard), baskin (Sittard, ... ), zoals jak  baskin (Sittard), bloes: van zijde en licht  blouse (Sittard), bolero (<fr.): bollero (Sittard), jak: jak (Sittard, ... ), van laken of andere dichte stof, van voren met knopen dichtgemaakt  jak (Sittard), kazavekje: kasjevekske (Sittard), spencer (eng.): [Van Dale: spencer (Eng.), 1. trui, zonder mouwen, meestal met V-hals; - 2. (veroud.) strakke damesblouse met panjes; damespakje met lange mouwen of ook zonder mouwen; - 3. mouw- en knooploos vest voor dames en heren]  sjpènser (Sittard), stoep: sjtub (Sittard), zielenwarmer: zeelewermer (Sittard) damesblouse, strak om het lichaam, hoog gesloten met boordje en met lange strakke mouwen [jak, seket] [N 25 (1964)] || Fr. basquine, nauwsluitend vrouwenjak met baleinen || jak [SGV (1914)] || spencer, keurslijfje: damesjakje || vrouwenjak || vrouwenjak, kort jasvormig getailleerd bovenkledingstuk [jak, baskien, bollero, zeelewermer, kasjevek] [N 23 (1964)] || wollen vrouwenjak III-1-3
jaloers jaloers: sjaloes (Sittard, ... ) een andere om iets benijdend [jaloers, afgunstig] [N 85 (1981)] || jaloers || jaloersch [SGV (1914)] III-1-4