e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q020p plaats=Sittard

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
te koop aanbieden erop of eronder: drôp of drônger (Sittard) aanbieden, Voor een bepaalde prijs te koop ~ [loven of geloven? zegt men wel: wat looft ge uw kippen = welke prijs vraagt ge ervoor?] [N 21 (1963)] III-3-1
te lang gerezen deeg te lang gegangen: tǝ laŋ gǝgaŋǝ (Sittard) Bij veel antwoorden wordt het zelfstandig naamwoord "deeg" o.i.d. niet gegeven. [N 29, 26b; monogr.] II-1
te licht in de rug te locht in de rug: tǝ lox˱ en dǝ rø̜k (Sittard) Als men teveel achteraan in de kar laadt, kan het paard de kar moeilijker trekken, omdat door het gewicht van de lading de bruikriem omhoogdrukt. Hierdoor kan de kar de neiging hebben om te wippen (zie ook voor het lemma de kar wipt. [N 17, 96 + 99] I-13
te lood loodrecht: lōtrɛx (Sittard) Gezegd van een muur of hoek wanneer deze tijdens de controle met het schietlood een loodrechte stand vertoont. [N 31, 10d; monogr.] II-9
teek teek: teek (Sittard), tei:k (Sittard), eigen spellingsysteem  (teik) (Sittard), teek (Sittard), Veldeke  teek (Sittard) teek || teek, spinachtig diertje dat zich vastzet op de huid van mens en dier en zich voedt met bloed [N 26 (1964)] III-4-2
teelballen, testes kloten: klōtǝ (Sittard) [JG 1b; N 8, 36, 37a, 37b, 37c en 38] I-9
teellid pissel: pesǝl (Sittard) Penis of roede. [JG 1a, 1b; N 8, 36, 37a en 37b] I-9
teen teen: teen (Sittard, ... ), teene (Sittard) teen [SGV (1914)] || teen (toon) [DC 01 (1931)] || tenen [SGV (1914)] III-1-1
teentreder teentreder: teentreder (Sittard) Paard met naar binnen gedraaide hoeven, waarvan het het voorste deel eerst op de grond zet, omdat een achterpees lam is; daardoor heeft het geen vlotte gang. [N 8, 84b] I-9
tegelijkertijd galopperen en draven driespringer: drišpręŋgǝr (Sittard  [(paard dat de driesprong maakt)]  ) Gelijktijdig galopperen en draven, bijv. met de voorpoten galopperen en met de achterbenen draven, ofwel afwisselend draven en galopperen. De correspondenten kennen hiervoor weinig specifieke woorden: enkel fetteren en springen. Er komen wel een aantal klanknabootsende woorden voor in de betekenis "snel, wild lopen". [N 8, 20, 81c en 81e] I-9