33754 |
merrie |
meer:
mē̜ǝr (L212a Smakt)
|
Gebruikt als handels-, werk-, voermans- en als fokpaard. [JG 1a, 1b; A 4, 2a; L 11, 11; L 20, 2a; L A1, 92; S 27; Wi 4; monogr.]
I-9
|
19789 |
mes om kool te snijden |
kappesmes:
káppesmés (L212a Smakt),
koolschaaf:
koeëlschaaf (L212a Smakt),
moesmes:
moesmés (L212a Smakt),
moesschaaf:
moesschaaf (L212a Smakt),
schaaf:
schaaf (L212a Smakt),
snijmes:
sneejmes (L212a Smakt)
|
groot scherp mes om o.a. kool te snijden || koolmes voor het snijden van kool, inz. witte kool (zuurkool) || koolschaaf || mes om kool te snijden || scherp stevig groot mes, waarmee de kool fijn gesneden wordt
III-2-1
|
20513 |
metworst |
metworst:
metwaorst (L212a Smakt),
Mit n metwaorst nor n ziej spek smiete: n spierinkje uitwerpen om een kabeljauw te vangen n Lánge metwaorst is wel korter te kri‰ge: Veel geld kan gemakkelijk minder worden Gaer t middelste en allebej de aende van n metwaorst wille hebben: alles willen hebben Praote as n metwaorst, wor t vet uut is: achteraf praten
metwaorst (L212a Smakt),
snijworst:
sneejwaorst (L212a Smakt)
|
metworst || snijworst
III-2-3
|
20573 |
middagmaal |
middag, de -:
we hebbe de middeg al òp
middeg (L212a Smakt),
middageten:
middeg-aete (L212a Smakt)
|
het eten smiddags || warm middageten
III-2-3
|
24352 |
mier |
zeikdempel:
zekdempel (L212a Smakt)
|
mier
III-4-2
|
24353 |
mijt |
mijt:
spinachtig mete zuigende monddelen
miet (L212a Smakt)
|
mijt (insect)
III-4-2
|
34112 |
miltkuilen |
miltkuilen:
(enk)
meltkul (L212a Smakt)
|
Holten in het lijf van een niet fraai gebouwde koe. [N 3A, 146; monogr.]
I-11
|
20177 |
miskraam |
miskraam:
miskraom (L212a Smakt),
opslag:
òpslág (L212a Smakt)
|
miskraam
III-2-2
|
24544 |
mispel |
mispel:
maespel (L212a Smakt)
|
mispelaar, vrucht
III-4-3
|
25166 |
mist, nevel (alg.) |
mist:
Note: begrip: hetw./hijw. stofnaam (hetw. = hetwoord - zelfst. nw. te vervangen door het pers. vnw. "het"/ hijw. = hijwoord - zelfst. nw. te vervangen door het pers. vnw. "hij").
mist (L212a Smakt),
moek:
(dit is een synoniem voor mist). Note: begrip: hijw. stofnaam (hijw. = hijwoord - zelfst. nw. te vervangen door het pers. vnw. "hij").
moek (L212a Smakt),
mot:
(dit is een variant van moek). Note: begrip: hijw. stofnaam (hijw. = hijwoord - zelfst. nw. te vervangen door het pers. vnw. "hij").
mot (L212a Smakt)
|
mist, nevel
III-4-4
|