20729 |
vlaaienvulling |
appelspijs:
voor de vla
ap’pelsjpies (Q121b Spekholzerheide),
spijs:
sjpies woeët jemaad va eppel, proemme, abrikoeëze en óch va ries
sjpies (Q121b Spekholzerheide)
|
appelmoes || vlavulling
III-2-3
|
19602 |
vlaaischotel |
vlademschotel:
vlaamsjóttel (Q121b Spekholzerheide)
|
schaal, plat, om een vlaai op te dienen [flaaischottel] [N 07 (1961)]
III-2-1
|
24266 |
vlaamse gaai |
markolf:
mer’kef (Q121b Spekholzerheide)
|
vlaamse gaai
III-4-1
|
27994 |
vlak stuk in een pijler |
plat stuk:
plat štøk (Q121b Spekholzerheide
[(Willem-Sophia)]
[Eisden])
|
[N 95, 287; monogr.]
II-5
|
25003 |
vlak, gelijk |
plat:
plat (Q121b Spekholzerheide),
vlak:
flach (Q121b Spekholzerheide)
|
vlak
III-4-4
|
31276 |
vlakhamer |
platte zet:
platǝ zɛts (Q121b Spekholzerheide
[(om ijzer vlak te maken)]
),
vierkante zet:
vērkaŋktǝ zɛts (Q121b Spekholzerheide)
|
Hamer met een losse of vaste steel en een vlakke kop, waarop met een andere hamer geslagen wordt om een werkstuk vlak te maken. Zie ook afb. 37c. [N 33, 78-79; N 33, 82; N 33, 55]
II-11
|
27990 |
vlakke pijler |
platte:
platǝ (Q121b Spekholzerheide
[(Willem-Sophia)]
[Domaniale])
|
Pijler met een hellingspercentage tussen 0 en 20 graden. [N 95, 284; monogr.; N 95, 287]
II-5
|
31547 |
vlakplaat |
richtplaat:
rexplāt (Q121b Spekholzerheide)
|
Vlakke, gietijzeren plaat die wordt gebruikt om de vlakheid van een werkstuk te controleren. Het werkstuk wordt daartoe over de met olie en een kleurstof ingesmeerde vlakplaat bewogen. De hoge plekken van het werkstuk worden zo met kleurstof gemerkt en kunnen vervolgens met het schraapstaal worden verwijderd. Zie ook afb. 206. [N 33, 344; N 64, 30b; N 66, 11b]
II-11
|
19413 |
vlam |
vlam:
vlam (Q121b Spekholzerheide)
|
vlam
III-2-1
|
24457 |
vleermuis |
vlamuis:
vla’moes (Q121b Spekholzerheide)
|
vleermuis
III-4-2
|