e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Spekholzerheide

Overzicht

Gevonden: 2437
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
halve pint, kwart liter, maat schop: sjob(⁄be) (Spekholzerheide) kwart liter III-4-4
ham, hesp schink: Jereuchde sjink Jekaochde sjink Rüe sjink  sjink (Spekholzerheide) ham III-2-3
hamer voor kapwerk kaphamer: kaphamǝr (Spekholzerheide) Hamer die door de smid gebruikt wordt om ovenstenen uit te kappen en in te passen. Zie ook het lemma "kaphamer" in Wld ii.9 en de daarbij behorende afbeelding 8. [N 33, 63] II-11
hand hand: hànk (Spekholzerheide, ... ) hand [DC 01 (1931)] III-1-1
handboor, fretboor fretboor: frɛt˱bōr (Spekholzerheide) Een kleine boor met een handgreep en met scherpe schroefdraad, die met één hand wordt rondgedraaid. Zie ook afb. 78. De handboor heeft als handvat ofwel een houten dwarsstukje, ofwel een rondgebogen metalen greep. Hij wordt gebruikt om gaten voor te boren en op plaatsen waar men met de omslagboor niet kan werken. [N 33, 132; N 53, 160b; N 53, 168; monogr.] II-12
handdoek handdoek: hant˂dox (Spekholzerheide) handdoek III-2-1
handen (spotnamen) klauwen: klouw (Spekholzerheide), poten: poeət (Spekholzerheide) hand [DC 01 (1931)] III-1-1
handhamer vuisthamertje: vūshɛmǝrtjǝ (Spekholzerheide  [(Willem-Sophia)]   [Maurits]) [N 95, 742; monogr.] II-5
handig bedreven: bedrè’ve (Spekholzerheide) bedreven, handig III-1-4
handkar handkar: hantkęr (Spekholzerheide) Tweewielige kar die men met de handen voortduwt of trekt. Deze kar heeft twee bomen en zijplanken. [N 17, 15a; N G, 51; JG 1a + 1b; A 42, 4; monogr.] I-13