e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Steyl

Overzicht

Gevonden: 1725
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
inzouten zouten: zate (Steyl) zouten (mv.?) [SGV (1914)] III-2-3
jak jak: jak (Steyl) jak [SGV (1914)] III-1-3
jaloers jaloers: sjerloers (Steyl) jaloersch [SGV (1914)] III-1-4
jam jam: sjem (Steyl) jam; Hoe noemt U: Gelei van met suiker gekookte, fijngemaakte vruchten, om op de boterham te smeren (jam, confiture) [N 80 (1980)] III-2-3
jarig zijn jarig zijn: hè is jĕŭrig (Steyl), hè is jörig (Steyl) Hij is morgen jarig. [DC 02 (1932)] III-3-2
jas: algemeen jas: jas (Steyl), jĕs (Steyl) jas [SGV (1914)] || jassen (mv.) [SGV (1914)] III-1-3
jenever klare: klaore (Steyl), schnaps (du.): sjnaps (Steyl) jenever; Hoe noemt U: Sterk alcoholische drank bereid uit moutwijn waaraan bij de distillatie jeneverbessen zijn toegevoegd, die er het aroma aan verlenen (snevel, babbelwater, jandoedel, knevelwas, kwak, sjenevel, jenever, klare, snaps) [N 80 (1980)] III-2-3
jicht gicht: gich (Steyl) jicht [SGV (1914)] III-1-2
joden joden: jōēde (Steyl) joden [SGV (1914)] III-3-3
jong (bn.) jong: ⁄t kink is nog jŏnk (Steyl) jong [t kind is nog ~] [SGV (1914)] III-2-2