e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Susteren

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ziek krank (du.): krank (Susteren) ziek [SGV (1914)] III-1-2
ziekelijk krankelijk: krenkelik (Susteren), krénkəlik (Susteren) Ziekelijk: telkens ziek (ziekelijk, ongans, lelijk, zuchtig). [N 84 (1981)] III-1-2
ziekenhuis hospitaal: hospetaal (Susteren), krankenhuis: krànkənōēs (Susteren) Ziekenhuis: inrichting voor het verplegen van zieken (hospitaal, gasthuis). [N 84 (1981)] III-1-2
ziekte krankte: krankde (Susteren) ziekte [SGV (1914)] III-1-2
ziel ziel: zeel (Susteren) ziel [SGV (1914)] III-3-3
zien, kijken kijken: kieke (Susteren), zien: zeen (Susteren), zēən (Susteren) kijken [SGV (1914)] || zien [RND], [SGV (1914)] III-1-1
zijde zij: zie (Susteren), ziĕj (Susteren) Zijde, flank: de zijkant van de buik tussen onderste ribben en heup (zijde, lank, flank) [N 84 (1981)] III-1-1
zijden omslagdoek plag: Oud woord; wordt nu niet meer gebruikt.  plak (Susteren), plaggetje: Oud woord; wordt nu niet meer gebruikt.  plekske (Susteren) omslagdoek, zijden ~ [N 23 (1964)] III-1-3
zijhamer dwarshamer: dwarshāmǝr (Susteren  [(om het ijzer dwars te rekken)]  ) Hamer met platte baan en pen. De steel van deze hamer kan lang of kort zijn. Zie ook afb. 34. In P 219 werd de zijhamer gebruikt om ploegmessen scherp te maken, in K 353 als derde voorhamer. [N 33, 73] II-11
zijladder leiers: lęi̯ǝrs (Susteren), oogstleier: (mv)  ǫu̯slęi̯ǝrǝ (Susteren) Ladderachtige zijkant van de hooikar. De zijladder bestaat uit een aantal sporten, die twee ladderbomen verbinden. Een gedeelte van dit materiaal werd al behandeld in wld I.3, maar wordt hier volledigheidshalve herhaald en aangevuld. [N 17, 12a + 30b + 40 + 46b + add; JG 1a; JG 1b; JG 1c; JG 1d; A 26, 2a; Lu 4, 2a; monogr.] I-13