e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Swalmen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
te veel voederen te veel voederen: te vaol voore (Swalmen) Hoe heet verder in Uw dialect: te veel voederen? [N 93 (1983)] III-3-2
te weinig voederen te min voederen: te min voore (Swalmen) Hoe heet verder in Uw dialect: te weinig voederen? [N 93 (1983)] III-3-2
te zwaar in de rug dragen: (de kar) drøx (Swalmen), te zwaar in de rug: tǝ žwǭr enǝ rø̜k (Swalmen) Als men teveel vooraan in de kar laadt, kan het paard de kar moeilijker trekken, omdat door het gewicht van de lading de draagriem op de rug van het paard drukt, waardoor het paard snel vermoeid raakt. [N 17, 96 + 99] I-13
teek teek: teek (Swalmen) teek, spinachtig diertje dat zich vastzet op de huid van mens en dier en zich voedt met bloed [N 26 (1964)] III-4-2
teelballen kloten: kloote (Swalmen), Ordinair.  klote (Swalmen) [N 10c (1995)] III-1-1
teelballen, testes ballen: balǝ (Swalmen), kloten: klōtǝ (Swalmen) [JG 1b; N 8, 36, 37a, 37b, 37c en 38] I-9
teellid piezel: pizǝl (Swalmen), schacht: šaxt (Swalmen) Penis of roede. [JG 1a, 1b; N 8, 36, 37a en 37b] I-9
teen teen: tee (Swalmen), teen (Swalmen, ... ) teen [SGV (1914)] || teen (toon) [DC 01 (1931)] || tenen [SGV (1914)] III-1-1
teentreder toontreder: tōntrɛ̄i̯ǝr (Swalmen) Paard met naar binnen gedraaide hoeven, waarvan het het voorste deel eerst op de grond zet, omdat een achterpees lam is; daardoor heeft het geen vlotte gang. [N 8, 84b] I-9
tegelijkertijd galopperen en draven (op een) kattefak (lopen): katǝfak (Swalmen), doorslaan: dōrslǭn (Swalmen) Gelijktijdig galopperen en draven, bijv. met de voorpoten galopperen en met de achterbenen draven, ofwel afwisselend draven en galopperen. De correspondenten kennen hiervoor weinig specifieke woorden: enkel fetteren en springen. Er komen wel een aantal klanknabootsende woorden voor in de betekenis "snel, wild lopen". [N 8, 20, 81c en 81e] I-9