e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Teuven

Overzicht

Gevonden: 1237

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
afdakje boven de poort dakje: dękskǝ (Teuven) Het kleine afdakje dat op een muur is geconstrueerd boven de poort. [N 4A, 43b] I-6
afdingen afbieden: ps. omgespeld volgens Frings.  āfbēnə (Teuven), afpitsen: ps. omgespeld volgens Frings.  āfpetšə (Teuven) beknibbelen, Op de prijs ~, de prijs omlaag trachten te drukken [afpeekele, afprengelen, afpenkelen, pingelen?] [N 21 (1963)] III-3-1
afgesneden laars afgesneden bot: ənə āfxəšnēͅboͅt (Teuven) laars, afgesneden ~ [vlaglaars] [N 24 (1964)] III-1-3
afgetrokken zeug afgezogen zeug: āf˲gǝzōgǝ [zeug] (Teuven) Een door het veelvuldig zogen vermagerde zeug. In vraag N 19, 22 werd gevraagd naar "een zeug die vermagerd is door ...", dus naar een zelfstandig begrip. In dit lemma is de nadruk gelegd op de eigenschap "vermagerd" en is het zelfstandig naamwoord zeug niet gedocumenteerd. Voor de documentatie van de verschillende woordtypen voor "zeug" en de bijbehorende dialectvarianten zie het lemma ''zeug'' (1.2.5). [N 19, 22; monogr.] I-12
afkalven inhalmen: in haləmə (Teuven) afkalven, stuksgewijs afschuiven en instorten gezegd van oevers, slootkanten enz [inkalven, inkavelen, inkelderen] [N 81 (1980)] III-4-4
afwasteil, afwasbak grèle: grul (Teuven), schotelpateel: šoͅtəl pati(i̯)əl (Teuven) bak waarin men afwast [N 20 (zj)] || de kom, bak of emmer, waarin de teljoren, schotels, enz. worden afgewassen [ZND 02 (1923)] III-2-1
alpinomuts bonnet (<fr.): boͅneͅ (Teuven) alpino(muts) [patsj] [N 25 (1964)] III-1-3
andere damesschoenen vrouwluischoen: vroͅlyjšōn (Teuven) damesschoenen; inventarisatie overige soorten; betekenis/uitspraak [N 24 (1964)] III-1-3
andere nachtkleding: nachtjas slaapsjak: Alleen de vest.  šloͅpsjak (Teuven) nachtkleding: inventarisatie overige soorten; betekenis/uitspraak [N 25 (1964)] III-1-3
andere soorten sneeuw sneeuw: sneeuw  sniə (Teuven) verschillende soorten sneeuw [spuwsneeuw, watersneeuw] [N 81 (1980)] III-4-4