e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Thorn

Overzicht

Gevonden: 6288
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
anthraciet anthraciet: antrasit (Thorn  [(Maurits)]   [Maurits]) Steenkool met minder dan tien procent vluchtige bestanddelen. [N 95, 468; N 95, 460; monogr.] II-5
antwoorden antwoord geven: antwoort gééve (Thorn), antwoorden: anjtwoorde (Thorn) ten antwoord geven [antwoorden, anderen] [N 87 (1981)] III-3-1
appel, algemeen appel: appəle (pl) (Thorn) I-7
appelbol krollebol: krollebol (Thorn) Appelbol (krollebol, kokkerebol, kollemol, zomerbroodje, appelbol, appelbroodje, ballebuuze?) [N 16 (1962)] III-2-3
appelboom appelenboompje: Vraag: "appelboomjes", diminutief gelaten; enkelvoud opgenomen  appelebuimke (Thorn) [DC 03 (1934)] I-7
appelmoes appelenkuis: appelekuijes (Thorn), appelenmoes: appelemoos (Thorn), applemoos (Thorn), appelensmeer: appelesmêêr (Thorn), appelmoes: appelmoos (Thorn), appelspijs: (spies = spijs).  appelspies (Thorn), kuis: kuijes (Thorn) Appelmoes (appelpommee?) [N 16 (1962)] || appelmoes [trot, trut] [N 38 (1971)] III-2-3
appels van de boom schudden schudden: ideosyncr.  sjudde (Thorn) Appels van de boom schudden (muiken). [N 82 (1981)] III-2-3
appelstroop appelensiroop: apǝlǝsrǫap (Thorn) Stroop, gemaakt van appelen. [N 57, 34b; N 57A, 6; N 38, 2; monogr.] II-2
appeltaart taartenpom: taartepóm (Thorn) Appeltaart (tartepom?) [N 16 (1962)] III-2-3
appeltaartje taartenpommetje: taartepumke (Thorn) Appeltaartje (tartepumke, toeslaag?) [N 16 (1962)] III-2-3