e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Tienray

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vroegmis vroegmis: vroemes (Tienray) De vroegmis [vreugmès, vreumes, vroemes?]. [N 96B (1989)] III-3-3
vrolijk plezierig: plezierig (Tienray) een opgeruimde, lichte, blijde stemming hebbend [vrolijk, herpsat, leutig] [N 85 (1981)] III-1-4
vrouw, vrouwspersoon vrouw: vrouw (Tienray, ... ), vrouwmens: vrommes (Tienray), wijf: wīēf (Tienray), plat  wief (Tienray) vrouw || vrouw, vrouwmens || vrouw, wijf || vrouw; (bestaat er een afzonderlijk woord voor vrouw in de beteekenis van echtgenoote?) [DC 05 (1937)] III-2-2
vrouwelijk kuiken hennenkuiken: hɛnǝkykǝ (Tienray) [N 19, 41a; monogr.] I-12
vrouwelijk lam germ: gɛrm (Tienray) [L 34, 34; L 20, 22c; A 4, 22c; A 2, 45; R 3, 36; N 70, 3; N 19, Q 111 add.; AGV m 3; monogr.] I-12
vrouwelijk varken zog: zox (Tienray), zoog: zōx (Tienray) Vrouwelijk varken. Ten aanzien van gelt wordt opgemerkt dat het synoniem is met zeug (L 416), dat het een vrouwelijk, niet gedreven varken is (L 312, 353), dat het een vrouwelijk varken is dat niet dient voor de kweek (L 282, 286, 313, 315, 316, 354, 355, 356) of juist wel voor de kweek is bestemd (K 278). Verder kan het een oud woord zijn voor de zeug (L 354, 355) en kan het op een gesneden, vrouwelijk varken duiden (L 312). Oorspronkelijk duidde gelt op het gecastreerde vrouwelijk varken. In de loop van deze eeuw is men gelt ook gaan gebruiken voor het vrouwelijk varken. [L 20, 4a; L 14, 13; L 3, 2a; JG 1a, 1b, 1c, 1d, 2c; A 4, 4c; Wi 9; NE 1, 12; NE 2.I.8; AGV K1; R XII, 46; Gwn 5, 11; N M, 22 add.; N C, add.; Vld.; monogr.] I-12
vrouwelijke gans gans: gans (Tienray) [A 6, 5b; L 1a-m; JG 1a, 1b; S 9; monogr.] I-12
vrouwelijke haas moer: moeër (Tienray) Haas, wijfjeshaas [N 94 (1983)] III-4-2
vrouwelijke kalkoen schroethen: sxrūthęn (Tienray) [A 6, 3b; L 1, 113; monogr.] I-12
vrouwelijke kat kat: Veldeke (aangepast)  kat (Tienray) Hoe noemt u een vrouwelijke kat (moederkat, kattin, poes) [N 83 (1981)] III-2-1