18602 |
borstrok (voor vrouwen) |
borstrok:
gemaakt van flanel of gebreid van jaegerwol (katoen)
borstrok (L245b Tienray)
|
Vrouwenborstrok. [DC 62 (1987)]
III-1-3
|
18082 |
borstvliesontsteking |
pleuris:
pleuris (L245b Tienray)
|
Pleuris: ontsteking van het borstvlies dat om de longen zit en de binnenkant van de borstkas bekleedt; pleuritis (pleuris, fleuris, floris). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
33516 |
bos groente |
bos:
Veldeke aangepast
boes (L245b Tienray)
|
Een bundel samengebonden groenten zoals asperges, prei, etc. (bussel, bos). [N 82 (1981)]
I-7
|
20734 |
bosbessenvlaai |
molberenvlaai:
mulbēͅrəflāi̯ (L245b Tienray)
|
bosbessenvlaai
III-2-3
|
24769 |
bosviooltje |
viooltje:
± Veldeke
viöltje (L245b Tienray)
|
Bosviooltje (viola silvestris/canina). De bloemkleur is roodachtig blauw, bij de jonge bloem zeer licht, later donkerder. De spoor is spits, zonder groef en is sterk gekleurd. De bloemblaadjes zijn smal en min of meer naar voren gericht. De steunblaadjes [N 92 (1982)]
III-4-3
|
19731 |
bot |
stomp:
stōmp (L245b Tienray)
|
stomp, niet spits, bot
III-2-1
|
19585 |
bot mes |
paddenvilder:
peͅdəveldər (L245b Tienray)
|
bot, plomp mes
III-2-1
|
34258 |
boter |
botter:
botǝr (L245b Tienray)
|
Het bovengedreven vet op de melk. Dit is het eindprodukt van het karnen. [N 12, 51, 52, 55, 58 en 61; JG 1a, 1b; L 1a-m; L 1u, 114; L 20, 26b; L 22, 8; L 27, 67 en 69; S 4 en 17; A 4, 26a en 26b; A 7, 19, 21, 22 en 23; A 9, 15b; A 16, 8a; A 28, 7; N 5A (I]
I-11
|
20637 |
boterham |
boterham:
botəram (L245b Tienray)
|
boterham
III-2-3
|
20713 |
boterham (kinderwoord) |
bam:
bam (L245b Tienray)
|
boterham (kinderwoord)
III-2-3
|