e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q162p plaats=Tongeren

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
langzaam, traag langzaam: dat geit lansem (Tongeren, ... ), dat gijt langzaam (Tongeren), lanzëm (Tongeren), lànsëm (Tongeren), stilletjes: dat geit stillekes (Tongeren) langzaam, traag || Langzaam. Dat gaat langzaam [ZND 37 (1941)] III-4-4
langzamer hou: hǫu̯ (Tongeren) Voermansroep om het paard langzamer te doen gaan. [N 8, 95h en 96] I-10
lantaarn lantaarn: lantièn (Tongeren) lantaarn III-2-1
lap coupon (fr.): Coupon.  koepôô (Tongeren), lap: lap (Tongeren, ... ), lap stòf (Tongeren, ... ) Hoe noemt U: een lap stof [N 62 (1973)] || lap [ZND A1 (1940sq)] || Sterke doek of stof [lap, vel, lel, del] [N 114 (2002)] III-1-3
lap op een schoen huif: hauf (Tongeren, ... ) huif, leren lapje op bovendeel van kapotte schoenen || lap op een schoen, stukje leer waarmee het bovenleer wordt gerepareerd [N 24 (1964)] III-1-3
lap stof lap stof: lap stǫf (Tongeren) Een lap of stuk stof. [N 62, 71b; MW] II-7
lastig (werken) lastig: lêestïg (Tongeren), ook materiaal znd 30, 02  lèstig (Tongeren) lastig [ZND 01 (1922)] III-1-4
lat lat: lat (Tongeren) In het algemeen een gezaagde strook hout met geringe breedte en dikte. [N 50, 73e; N 50, 74a; monogr.] II-12
latei latei: latęj (Tongeren  [(van hout of hardsteen)]  ), lǝtęj (Tongeren  [(van hout of hardsteen)]  ) Houten, stenen of ijzeren balk die een venster, ingang of andere opening overspant en tevens het bovenliggende muurwerk draagt. De lateibalk wordt vaak in het muurwerk verwerkt zodat hij niet in het zicht komt. d.i.n. in het woordtype 'd.i.n.-balk' is een afkorting van ø̄deutsche Industrienormø̄. [N 55, 74; N 32, 15a; N 32, 15b; monogr.] II-9
laten laten: lotə (Tongeren), luete (Tongeren) laten [ZND 46 (1946)], [ZND m] III-1-2