18004 |
koorts |
koorts:
korse (L318b Tungelroy)
|
koorts
III-1-2
|
23563 |
koorzanger |
zanger:
zenger (L318b Tungelroy)
|
Een koorzanger, lid van het zangkoor [zenger, koeërzenger?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
33806 |
koot |
achterste koot:
ɛxǝlstǝ kut (L318b Tungelroy),
koot:
kōǝt (L318b Tungelroy),
voorste koot:
vø̜rstǝ kut (L318b Tungelroy)
|
Het korte been onmiddellijk boven de hoef, zowel van de voor- als achterpoot. 1Het is één van de belangrijkste lichaamsdelen van het trekpaard. Zie afbeelding 2.25. [JG 1a, 1b; N 8, 32.1, 32.2, 32.3, 32.7, 32.10, 32.14, 32.15 en 32.16]
I-9
|
19856 |
kop |
kop:
kǫp (L318b Tungelroy)
|
De korte smalle zijde van een metselsteen. Zie ook afb. 30. [N 31, 17c; N 98, 171; monogr.]
II-8
|
33063 |
kop van de schoof |
kop:
kǫp (L318b Tungelroy)
|
De bovenkant van de schoof, daar waar zich de aren bevinden. Zie afbeelding 7. [N 15, 21b; JG 1b]
I-4
|
25412 |
kop verwijderen |
afsnijden:
āfsni-jǝ (L318b Tungelroy)
|
Nadat de kop afgehuid is, wordt hij van het lijf gesneden of gehakt. [N 28, 44; monogr.]
II-1
|
33137 |
kopdorser |
hekelmachine:
hēkǝlmǝšin (L318b Tungelroy),
kromdorser:
krōmpdǫrsǝr (L318b Tungelroy)
|
Bij deze vroege gemotoriseerde dorsmachine werden de schoven met de aren (de kop van de schoof) naar voren in de machine geschoven. Het eigenlijke dorsen gebeurde in een trommel met ijzeren pinnen of tanden die doet denken aan een hekel. Zie afbeelding 12. [N 14, 6a; JG 1a, 1b; monogr.]
I-4
|
21411 |
kopen |
kopen:
koupe (L318b Tungelroy)
|
kopen (geen context) [DC 37 (1964)]
III-3-1
|
19883 |
koper poetsen |
poetsen:
putsə (L318b Tungelroy)
|
metaal met behulp van vloeibare of zachte poetsmiddelen vlekvrij en glanzend maken [DC 15 (1947)]
III-2-1
|
21644 |
kopergeld |
kopergeld:
keupergeldj (L318b Tungelroy)
|
koperen of bronzen geldstukken [rode loop?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|