26051 |
berrie |
ber(ri)g:
bø̜rǝx (Q013p Uikhoven
[(geheel van de oogstkar)]
),
voorboom:
(mv)
vø̄rbø̜i̯m (Q013p Uikhoven)
|
Elk van de twee bomen van de hoog- en stortkar waartussen het paard gespannen werd. De berries van de hoogkar verschillen essentieel van die van de stortkar: bij de eerste lopen de berries onder de hele bak door en maken ze er deel van uit (de zijwanden worden erop vastgezet), terwijl bij de tweede de berries tot halverwege de bak lopen en een aparte constructie vormen waarop de bak rust. Hierdoor kan de bak van de stortkar kippen, terwijl de berries op hun plaats blijven. Wanneer de bak van de hoogkar echter gekipt moet worden, gaat het hele voorstel van de kar omhoog. [N 17, 16 + 50b; N G, 54b + 64b; JG 1a; JG 1b; JG 1d; JG 2c; L 32, 63; L 34, 10; A 27, 20; Lu 5, 20]
I-13
|
21532 |
besteken |
besteken:
Sub avond: van aovend [is] ten aovend en mörgen ten daag, dat ich dich bestéken maag: oud versje, voor een naamfeest, als men iemand "zijne mei stak", z. mei.
bestéken (Q013p Uikhoven)
|
[Besteken, de mei steken].
III-3-2
|
23507 |
bestelde mis |
bestelde mis:
bestèlde mès (Q013p Uikhoven, ...
Q013p Uikhoven)
|
Een bestelde H. Mis. [N 96B (1989)] || Een mis die gelezen wordt op verzoek van de gelovigen. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
21241 |
bestelwagen |
camionnette (fr.):
p. 6: Een tegenstelling tussen Nederlands-Limburg en Belgisch-Limburg.
camionnette (Q013p Uikhoven)
|
bestelwagen
III-3-1
|
27448 |
beton |
beton:
bǝtoŋ (Q013p Uikhoven)
|
Een mengsel van cementspecie met een grove toeslag, bijv. grind, steenslag of bims, dat in bepaalde verhouding onder toevoeging van water wordt gemengd en tot een steenachtige massa verhardt. Een betonmengsel van één deel cement, twee delen zand en drie delen kiezel werd in L 321 een 'missing' ('meseŋ'), van 'missen' ø̄mengenø̄, genoemd. [N 30, 47a; N 30, 50; monogr.]
II-9
|
30045 |
betonijzer |
betonijzer:
[beton]īzǝr (Q013p Uikhoven)
|
Metalen staven die in het beton worden aangebracht. Beton dat op deze wijze is versterkt, kan beter de erop uitgeoefende buig- en trekspanningen opnemen. De afzonderlijke staven van betonijzer noemde men in Q 83 'ijzers' ('ęjzǝrs'). Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel '(beton)-' het lemma 'Beton'. [N 30, 51b]
II-9
|
30047 |
betonmolen |
betonmolen:
[beton]mø̄lǝ (Q013p Uikhoven)
|
Toestel dat wordt gebruikt bij het aanmaken van met name grote hoeveelheden betonspecie. De betonmolen bestaat uit een peer- of cilindervormige mengtrommel met een nuttige inhoud van 50 tot 1000 liter die door een een elektromotor of een verbrandingsmotor wordt aangedreven. In de mengtrommel zijn schoepen aangebracht die tijdens het ronddraaien van de trommel de betonspecie mengen. Boven de molen is een waterreservoir geplaatst waaruit de vereiste hoeveelheid water automatisch aan het mengsel wordt toegevoegd. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel '(beton)-' het lemma 'Beton'. [N 30, 50; monogr.]
II-9
|
34498 |
bevruchten |
treden:
trē.i̯ǝ (Q013p Uikhoven)
|
Het bevruchten van de hen door de haan. [JG 1a, 1b, 2c; N 19, Q 111 add.; monogr.]
I-12
|
23560 |
bewieroken |
bewieroken:
bewierouken (Q013p Uikhoven),
wieroken:
wierouken (Q013p Uikhoven)
|
Wieroken, bewieroken [wiereke?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
19613 |
bezem |
bessem:
bɛsǝm (Q013p Uikhoven)
|
Het keren van de dorsvloer gebeurt vaak met een bezem vervaardigd uit bremtakken. [JG 1a, 1b; monogr.; add. uit N 14, 32b en 34b]
I-4
|