33100 |
aren lezen |
oogsten:
ustǝ(n) (P121p Ulbeek)
|
Het oprapen en verzamelen van de achtergebleven aren op het veld. Het was vroeger gewoonte de aren die op het pasgemaaide en geoogste veld achterbleven, te laten liggen, zodat behoeftigen deze konden verzamelen. Het was een vorm van armenzorg. [N 15, 35; JG 1a, 1b, 1c, 2c; L 39, 40; Lu 3, 6; R [s], 31; R 3, 68; monogr.; add. uit A 23, 16.2]
I-4
|
32877 |
arend van de zeis |
ang:
ãŋ (P121p Ulbeek)
|
Het blad van de zeis loopt aan de zijde waar het met de steel verbonden is uit in een smal, vaak extra verstevigd, stukje staal, de arend, dat tegen de steel van de zeis aanligt en door middel van de zeisring daaraan wordt vastgemaakt. Aan het uiteinde is de arend voorzien van een nokje dat in een gat in de steel wordt gestoken of geslagen; soms zijn er twee dergelijke nokjes (vergelijk het woordtype dobbelang). Voor de hoek die de arend met het zeisblad maakt, en het belang hiervan voor een goede "voering" van de zeis, zie de algemene toelichting bij deze paragraaf. Zie afbeelding 5, nummer 1. [N 18, 68a; JG 1a, 1b; A 4, 28c; A 14, 1; L 20, 28c; L 45, 1; monogr.]
I-3
|
18239 |
armband |
armband:
ermban (P121p Ulbeek),
erremband (P121p Ulbeek),
bracelet (fr.):
bracelet (P121p Ulbeek)
|
armband (Fr> bracelet) [ZND 32 (1939)]
III-1-3
|
21295 |
arme mens |
arme mens:
innen erme mins (P121p Ulbeek),
ənən erreme minsch (P121p Ulbeek)
|
een arme mens [ZND 32 (1939)]
III-3-1
|
21489 |
armoede |
armoede:
ermoei (P121p Ulbeek),
erremoei (P121p Ulbeek)
|
armoede [ZND 32 (1939)]
III-3-1
|
21570 |
arresteren |
aanhouden:
aangehaa (P121p Ulbeek),
de poelis hèt hûm aangehaâ (P121p Ulbeek),
pakken:
gepakt (P121p Ulbeek)
|
De politie heeft hem aangehouden. [ZND 33 (1940)]
III-3-1
|
21034 |
as |
assen:
assche (P121p Ulbeek),
asse (P121p Ulbeek)
|
as [ZND 32 (1939)]
III-2-3
|
32672 |
asblok |
asblok:
ās˱blǫk (P121p Ulbeek)
|
Houten blok met aan de onderzijde een gleuf waarin de metalen as bevestigd wordt, ter versteviging van de as. Zie verder ook WLD I.1 voor het asblok van de ploeg. [N 17, 40 + 44j + 50b + 51; N G, 48a; JG 1a; JG 1b; JG 1c; JG 2b; monogr.]
I-13
|
22897 |
aswoensdag |
aswoensdag:
aaswoensdoag (P121p Ulbeek)
|
Aswoensdag. [ZND 19A (1936)]
III-3-3
|
22370 |
autoped |
trottinette (fr.):
/
trotinet (P121p Ulbeek),
trottenét (P121p Ulbeek),
trottinet (P121p Ulbeek)
|
/ [SND (2006)] || trotinet [SND (2006)]
III-3-2
|