e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ulestraten

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
paardenhorzel paardsworspel: pêrsjworsjpel (Ulestraten) horzel [SGV (1914)] III-4-2
paardestal paardsstal: pē̜ ̞rš[stal] (Ulestraten) De stal of ruimte waar het paard of de paarden staan. Het woordtype voerderij voor voergang in de paardestal kan wel uitbreidend gebezigd worden voor de paardestal in zijn geheel. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel (stal) het lemma "stal" (2.1.2). (Paardsstal)-varianten waarvan het (stal)-gedeelte een kleurloze vocaal vertoont, zijn voluit en fonetisch genoteerd, omdat deze tweede component als simplex niet voorkomt met een kleurloze vocaal. Zie de plattegronden van de stallen in paragraaf 1.2. [N 5, 105e; A 10, 9c; L 38, 26; Wi 18; S 50; monogr.; add. uit N 5A, 59 en 73a] I-6
paardetuig paardsgetuig: pē̜rš˲gǝtȳx (Ulestraten) De naam voor het paardetuig in het algemeen. [JG 1a, 1b; N 13, 80; monogr.] I-10
paardsknecht, eerste knecht paardsknecht: pɛ̄rš[knecht] (Ulestraten) Bij grote bedrijven was er vaak een eerste en een tweede paardsknecht; de eerste ploegde, egde, enz.; de tweede deed meer het vuile werk: mest rijden, stallen schoonmaken enz. (L 322). Voor de fonetische documentatie van het woord (knecht) zie het lemma "knecht, algemeen" (1.3.12). [N M, 1a; monogr.] I-6
paars, violet violet: flêt (Ulestraten) paars [SGV (1914)] III-4-4
pacht? pacht: Algemene opmerking: invuller noteert als spellingssysteem Veldeke, maar met een vraagteken erachter; de lijst is gewoon in het "Nederlands"ingevuld en heb het daarom maar letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld!).  pach (Ulestraten) pacht, het bedrag dat men jaarlijks betaalt, b.v. voor een bank in de kerk [de paacht?] [N 21 (1963)] III-3-1
pachtboer halfe: halǝfǝ (Ulestraten) Halfer e.d. vanwege de helft, die de pachter van de oogst kon behouden. [S 27; Wi 2; monogr.; add. uit A 10, 2bI] I-6
pachten pachten: paxtǝ (Ulestraten), Algemene opmerking: invuller noteert als spellingssysteem Veldeke, maar met een vraagteken erachter; de lijst is gewoon in het "Nederlands"ingevuld en heb het daarom maar letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld!).  pachte (Ulestraten) [S 27; monogr.]pachten [werkwoord] [paachte?] [N 21 (1963)] I-6, III-3-1
pachtersvrouw halferse: halvǝršǝ (Ulestraten) [S 27, Wi 2; monogr.] I-6
pad kroddel: kroddel (Ulestraten) pad (dier) [SGV (1914)] III-4-2