| 33721 |
zoden afsteken |
steken:
stē̜kǝ (Q097p Ulestraten),
štē̜kǝ (Q097p Ulestraten)
|
Een object russen, vlaggen, zoden enzovoorts is niet gedocumenteerd. [N 14, 78; N 27, 39g; N 18, add.; JG 1b]
I-8
|
| 17828 |
zoeken |
zoeken:
zeuke (Q097p Ulestraten)
|
zoeken [SGV (1914)]
III-1-2
|
| 20828 |
zoethout |
zoethout:
zeuthout (Q097p Ulestraten)
|
zoethout [SGV (1914)]
III-2-3
|
| 25648 |
zoetstof voor peperkoek |
honing:
honing (Q097p Ulestraten)
|
De diverse zoetstoffen die in het peperkoekdeeg verwerkt worden. Inhoudelijk zijn het verschillende zaken. Vergelijk het lemma ''zoetstof voor taai-taai''. [N 29, 88b]
II-1
|
| 25644 |
zoetstof voor taai-taai |
druivesuiker:
drūvǝsokǝr (Q097p Ulestraten),
honing:
honing (Q097p Ulestraten)
|
De diverse zoetstoffen die in het taai-taaideeg verwerkt worden. Inhoudelijk zijn het verschillende zaken. [N 29, 87b; N 29, 87; N 29, 87a; N 29, 88]
II-1
|
| 19719 |
zolder |
zolder:
zøͅldər (Q097p Ulestraten)
|
zolder [SGV (1914)]
III-2-1
|
| 19491 |
zolderkamer |
spijkerd:
špīkərt (Q097p Ulestraten)
|
zolderkamer [N 05A (1964)]
III-2-1
|
| 26149 |
zomen |
zomen:
zø̜jmǝ (Q097p Ulestraten)
|
Van zomen voorzien. Zie ook het lemma ɛzoomɛ.' [N 59, 65; N 62, 14b; L 8, 127; MW; S 46; monogr.]
II-7
|
| 18636 |
zomerkapmanteltje |
pelerinetje (<fr.):
pelleriensje (Q097p Ulestraten)
|
kapmanteltje voor de zomer met een ovaalvormig voor- en achterpand [pelderien] [N 25 (1964)]
III-1-3
|
| 18675 |
zomerkleren |
zomerkleren:
zomerkleijer (Q097p Ulestraten, ...
Q097p Ulestraten)
|
zomerkleren [N 23 (1964)] || Zomerkleren. [DC 62 (1987)]
III-1-3
|