e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Vaals

Overzicht

Gevonden: 2360
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
haarvlecht vlecht: flieët (Vaals) lokken haar op regelmatige wijze kruizelings door elkaar strengelen [vlechten, breien] [N 86 (1981)] III-1-1
haas haas: haas (Vaals) haas [DC 07 (1939)] III-4-2
haast hebben jakkeren: jakkere (Vaals) in heel grote haast [hap, snap] [N 85 (1981)] III-1-4
haastig gejaagd: gejacht (Vaals), haastig: hastisj (Vaals) door haast gedreven zijn, uit gejaagdheid zich haasten [jachten, jakken] [N 85 (1981)] || vol ongeduld of blijk gevend van zijn ongeduld [haastig, hacht, drij] [N 85 (1981)] III-1-4
hagedis eidechse (du.): eideks (Vaals), viervoetige gilles: ?viervoetige gilles  vīrvøsijə jeləs (Vaals) hagedis [DC 07 (1939)], [ZND B2 (1940sq)] III-4-2
hagelbui harelschuil: harelžoel (Vaals), schuil harel: žoel harel (Vaals) hagelbui [DC 16 (1948)] III-4-4
hagelen harelen: ww-vorm  ’t harelt (Vaals) hagelbui [DC 16 (1948)] III-4-4
hak van een schoen absatz (du.): abzats (Vaals) hak (van de schoen) [ZND B1 (1940sq)] III-1-3
half- of stiefbroer halfbroer: halfbruër (Vaals), halvbroer (Vaals), stiefbroer: steefbroer (Vaals) half- of stiefbroeder [DC 05 (1937)] III-2-2
half- of stiefzuster half-schwester: halfschwester (Vaals, ... ), stiefschwester (du.): stefschwester (Vaals) half- of stiefzuster [DC 05 (1937)] III-2-2