24185 |
klapekster |
wachter:
wäžtŏr (Q222p Vaals)
|
Hoe heet de klapekster? [DC 06 (1938)]
III-4-1
|
24858 |
klaproos |
rode korenbloem:
kindernaam, rood in koren ...
roeə korəblom (Q222p Vaals)
|
klaproos [DC 48 (1973)]
III-4-3
|
17957 |
klauteren |
klimmen:
klömə (Q222p Vaals)
|
klauteren (op een boom) [ZND B2 (1940sq)]
III-1-2
|
33256 |
klaver, algemeen |
klee:
kliǝ (Q222p Vaals)
|
De klaver- en klee-varianten in dit lemma vormen de verzamelnaam voor allerlei klaversoorten uit de familie van de Vlinderbloemigen. Klaver werd tot 1950 geteeld als groenvoer en als stoppelgewas. In de Nijmeegse lijst is niet naar de afzonderlijke soorten of naar de algemene naam gevraagd, alleen naar de benamingen voor verschillende oude klaversoorten. Hier zijn, naast de algemene naam in dit lemma, eerst enkele meestvoorkomende soorten apart behandeld en is tot slot een verzamellemma Andere Oude Klaversoorten toegevoegd. De scheiding in het Nijmeegse materiaal is achteraf aangebracht, op grond van de gewasnaam, de opmerkingen van de zegslieden en andere bronnen. Zie ook WBD.I, afl. 8, blz. 1408. [N 14, 83; JG 1a, 1b, 2b, 2c; A 4, 10; L 1, a-m; L B2, 348; L 20, 10; Wi 50; S 18; monogr.]
I-5
|
22747 |
klaveren in het kaartspel |
kleen:
klīə oͅs (Q222p Vaals)
|
Klaveren: klaveren aas (kaartspel). [ZND B2 (1940sq)]
III-3-2
|
18171 |
kledij, kleren |
kledage:
kleijaasch (Q222p Vaals),
kleren:
kleijer (Q222p Vaals),
klei̯ər (Q222p Vaals),
Klejjer (Q222p Vaals),
kleͅjər (Q222p Vaals)
|
... de kleren (het kleed) ... - bedoeld wordt de vrouwenkleding [DC 03 (1934)] || Kleding (algemeen). Wat is in uw dialect het algemene woord voor kleding heel in het algemeen? [DC 62 (1987)] || Kleren. Ga eens en wees zo goed, en zeg aan uw zuster dat ze de kleren van uw moeder moet afnaaien en met de borstel afborstelen [ZND 04 (1924)]
III-1-3
|
18172 |
kleed |
kleed:
et kleed (Q222p Vaals)
|
... de kleren (het kleed) ... - bedoeld wordt de vrouwenkleding [DC 03 (1934)]
III-1-3
|
18285 |
kleerborstel |
borstel:
ö als in Du. Öl
böschtel (Q222p Vaals),
kleerborstel:
kleierbuchtel (Q222p Vaals)
|
Kleerborstel. Hoe noemt men het hierboven afgebeelde voorwerp, dat wordt gebruikt om stof uit kleren, stoelbekleding, gordijnen enz. te verwijderen? [DC 15 (1947)]
III-1-3
|
19677 |
kleerkast |
klederschap:
aa lang
kleioržaaf (Q222p Vaals)
|
kleerkast [DC 39 (1965)]
III-2-1
|
29606 |
klei, leem |
klei:
klē̜.i̯ (Q222p Vaals)
|
Grijs- tot geelachtige, sterk samenhangende, enigszins klevende, vruchtbare grondsoort, ontstaan door afzetting van verweringsprodukten door rivieren. Leem is ook een kleiachtige grondsoort echter met een zandgehalte groter dan 20%. Zie ook het lemma ɛklei, leemɛ in wld II, afl. 8 (pottenbakker e.a.), blz. 31.' [N 27, 41; N 27, 33; N 18, 2 add.; N 18, 5 add.; N 15, add.; R 3, 6; A 10, 4; Wi 52, 53; Vld.; monogr.]
I-8
|