e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Velden

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kloven reten: rete (Velden) kloven in de hand [kloove, klieve, sprunge, kreewe] [N 10 (1961)] III-1-2
klucht blijspel: bliespel (Velden) Een kort toneelstuk waarin een komisch geval uit het dagelijks leven op grappige wijze wordt behandeld [klucht, knod, stop, grauw]. [N 90 (1982)] III-3-2
kluit aarde kluit: klūt (Velden) [N 27, 36; S 18; R 3, 8; L 28, 8; L 28, 9; L 1a-m; L B2, 290; ALE 257; Vd.; monogr.] I-8
kluwen kluwen: klòwwe (Velden) kluwen [SGV (1914)] III-1-3
knabbelen knabbelen: knabbele (Velden) knabbelen [knibbele] [N 10 (1961)] III-2-3
knecht knecht: enne nieje knach (Velden) knecht, een nieuwe ~ [SGV (1914)] III-3-1
knecht, algemeen knecht: knɛx (Velden), knɛ̄x (Velden) [L 1, a-m; S 26; Wi 8; monogr.; add. uit S 6] I-6
knellen duwen: doewe (Velden) knellen [SGV (1914)] III-1-2
kneu heivink: heivink (Velden, ... ) Hoe heet de kneu? [DC 06 (1938)] || kneu III-4-1
kneuzen butsen: butse (Velden), Veldens dialekt  butsen (Velden) blutsen [SGV (1914)] || Een appel of peer oppervlakkig beschadigen zoda er een zachte plek ontstaat (blutsen, kneuzen, keuzen). [N 82 (1981)] III-2-3