e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Velden

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
krabben kratsen: kratse (Velden, ... ), schrobben: schröbbe (Velden) krabben [SGV (1914)] || krabben: schuren, krabben tegen jeuk [schobbe] [N 10 (1961)] || krabben: zijn hoofd krabben tegen jeuk [kraowe] [N 10 (1961)] III-1-2
krakeling krakeling: Syst. WBD  krakeling (Velden) Krakeling (britsel, ring?) [N 16 (1962)] III-2-3
kram kennef: kęnǝf (Velden) Oog, haak of kram waarin het slaghout gestoken werd om het vast te zetten. [N 17, 21; N G, 56g] I-13
kramer kramer: krieëmer (Velden) kramer [SGV (1914)] III-3-1
krant krant: krant (Velden) krant [SGV (1914)] III-3-1
krassen kratsen: kratse (Velden) krassen [SGV (1914)] III-4-4
kreek, stilstaand water oude rivierarm: ⁄ne alde riveererm (Velden) kreek, klein, smal, veelal stilstaand water, vaak een overblijfsel van een overstroming of van de vroegere loop van een rivier [kil] [N 81 (1980)] III-4-4
krekel krekel: krekel (Velden, ... ) krekel [DC 07 (1939)], [SGV (1914)] III-4-2
krentenbol krennee-tje: Syst. WBD  karniëskes (Velden), krentenbol: Syst. WBD  krinteböl (Velden), krentenbroodje: Syst. WBD  krintebruidje (Velden) Krentenbroodje, krentenbol (krintenbol, briosj, krennee, krennie?) [N 16 (1962)] III-2-3
krentenbrood krentenweg: Syst. WBD  krintewek (Velden), pruimpjesweg: Syst. WBD  prumkeswek (Velden), pruumkeswek (Velden) Krentenbrood (krintemik, kramiek, beezenbrood, rezienemik, lippert, pruukesweg?) [N 16 (1962)] III-2-3