| 22371 |
schommel |
schommel:
schoomel (L268p Velden, ...
L268p Velden),
schòmmel (L268p Velden),
/
schómmel (L268p Velden),
sjómmel (L268p Velden)
|
Hoe noemt men het hier afgebeelde kinderspeelgoed, bestaande uit een touw dat, aan een balk of een boom tak gebonden, in een bocht naar beneden hangt, waarin kinderen graag heen en weer zweven? [DC 19 (1951)] || schommel [SGV (1914)], [SND (2006)] || Soms is in de bocht van het touw een plankje of een bak bevestigd, waarop of waarin het kind zit. Noemt men deze vorm van het speelgoed misschien met een andere naam als de onder a getekende? [DC 19 (1951)]
III-3-2
|
| 21277 |
school |
school:
sxul (L268p Velden)
|
school [RND]
III-3-1
|
| 21425 |
schoolcijfer |
punt:
punt (L268p Velden)
|
cijfer; Op een schoolrapport krijgt men voor verschillende vakken (een) .... [DC 48 (1973)]
III-3-1
|
| 21286 |
schoolkinderen |
schoolkinderen:
sxu:lkiŋər (L268p Velden)
|
schoolkinderen [RND]
III-3-1
|
| 19424 |
schoon, rein |
schoon:
schōēn (L268p Velden)
|
Rein, schoon, als gevolg van het poetsen (schoon, proper) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
| 20354 |
schoondochter |
schoondochter:
schoendochter (L268p Velden, ...
L268p Velden),
schoëndochter (L268p Velden)
|
schoondochter [DC 05 (1937)]
III-2-2
|
| 20352 |
schoonmoeder |
schoonmoeder:
schoenmooder (L268p Velden, ...
L268p Velden),
schoënmōōder (L268p Velden)
|
schoonmoeder [DC 05 (1937)]
III-2-2
|
| 20351 |
schoonouders |
schoonouders:
schoenelders (L268p Velden, ...
L268p Velden),
schoënelders (L268p Velden)
|
schoonouders [DC 05 (1937)]
III-2-2
|
| 20150 |
schoonvader |
schoonvader:
schoenvader (L268p Velden, ...
L268p Velden),
schoënvader (L268p Velden)
|
schoonvader [DC 05 (1937)]
III-2-2
|
| 20353 |
schoonzoon |
schoonzoon:
schoenzoon (L268p Velden, ...
L268p Velden),
schoënzoon (L268p Velden)
|
schoonzoon [DC 05 (1937)]
III-2-2
|